• Mogelijk begint de camera niet met het opslaan van de log naar de
geheugenkaart als de LOG-schakelaar naar OFF wordt gedraaid. Dit kan
bijvoorbeeld het geval zijn als er draadloos gegevens worden verzonden,
de geheugenkaart vol is of beveiligd is tegen schrijven. In dat geval moet
u de draadloze gegevensverzending stoppen, niet meer gebruikte gegevens
op de geheugenkaart verwijderen, of op een andere manier zorgen dat het
log-bestand kan worden opgeslagen. Verwijder niet de batterij uit de camera
totdat de log is opgeslagen.
• De log wordt niet opgeslagen als er geen geheugenkaart is geplaatst.
• Op elke kaart kunnen maximaal 199 logs worden opgeslagen. Er wordt een
foutmelding gegeven als de logbestandteller dit getal bereikt (Blz. 98). Als dit
gebeurt, plaatst u een andere geheugenkaart, of kopieert u de logbestanden
naar een computer en wist u de kaart.
• De logbestanden worden opgeslagen in de mappen "GPSLOG" en "SNSLOG"
op de kaart (Blz. 106).
Gebufferde en opgeslagen logs gebruiken
Voor het openen van logs die zijn opgeslagen in het tijdelijke
buffergeheugen of die zijn opgeslagen op de kaart, start u de OLYMPUS
Image Track (OI.Track) app voor smartphones en verbindt u de smartphone
met de camera via de LAN-functie (Blz. 78).
Wat u allemaal kunt doen met de opgegeven app, OLYMPUS
Image Track (OI.Track)
• De huidige log en beelden weergeven
De huidige log en beelden kunnen op de smartphone worden
weergegeven.
• De huidige log en beelden downloaden
De huidige log en beelden kunnen naar een smartphone worden
gekopieerd en daar worden doorzocht.
• Tracks weergeven
De logs die op de kaart zijn opgeslagen, kunnen naar de smartphone
worden gekopieerd en daar als tracks worden weergegeven.
• Beelden aan een log koppelen
Opgenomen beelden tijdens ingeschakelde log-opslag kunnen worden
gekoppeld aan de log, voor weergave of bestandsbeheer.
• OI.Track kan worden gebruikt om de GPS-hulpgegevens bij te werken (Blz. 84).
Ga voor details naar het volgende adres:
http://app.olympus-imaging.com/oitrack/
49
NL