• Een foto maken van onderwerpen waarop moeilijk automatisch kan
worden scherpgesteld.
In de volgende gevallen stelt u scherp op een object (door de ontspanknop
half in te drukken) met hoog contrast op dezelfde afstand van het
onderwerp, waarna u de foto kadreert en de opname maakt.
Object met weinig
contrast
Objecten op
verschillende afstanden
*1 U kunt de opname ook kadreren door de camera verticaal te houden om scherp
te stellen, waarna u terugkeert naar de horizontale positie om de foto te nemen.
Cameratrilling
Foto's nemen zonder cameratrilling.
• Foto's maken met "Beeldstabilisator (afbeeldingen)". g Blz. 44
De camera detecteert iedere beweging om de onscherpte te verminderen,
zelfs als de ISO-gevoeligheid niet verhoogd werd. Deze functie is ook nuttig
als foto's worden gemaakt met een hoge zoomvergroting.
• Films opnemen met "Opties beeldstabilisatie (films)". g Blz. 44
• Selecteer [Beweging] > [J Sport] in -modus. g Blz. 24
De stand [J Sport] werkt met een korte sluitertijd en kan de
cameraonscherpte van een bewegend onderwerp verminderen.
• Foto's maken met hoge ISO-gevoeligheid. g Blz. 39
Als u een hoge ISO-gevoeligheid selecteert, kunt u foto's nemen met een
hoge sluitertijd, zelfs op plaatsen waar u geen flitser mag gebruiken.
Belichting (helderheid)
Beelden maken met de juiste helderheid.
• Foto's maken van een onderwerp in tegenlicht
Gezichten of achtergronden zijn helder, zelfs wanneer met tegenlicht wordt
gefotografeerd.
[E Backlight HDR] g Blz. 25
102 NL
Extreem fel licht in het
midden van het beeld
Snel bewegend
onderwerp
Onderwerp zonder
verticale lijnen
*1
Het onderwerp valt niet
binnen het AF-gebied