8
Machine-instellingen
8.3.2
Instellingen volgens strooitabel
Overeenkomstig meststofsoort, werkbreedte, strooihoeveelheid, rijsnelheid en
soort bemesting bepaalt u aanbouwhoogte, doseerschuifinstelling, type
strooischijf en toerental van de PTO voor de optimale strooirit aan de hand van
de strooitabel.
Voorbeeld voor veldstrooien in de normale bemesting:
Afb. 8.3:
Bij het veldstrooien in de normale bemesting ontstaat een symmetrisch strooi-
beeld. Bij correcte strooierinstelling (zie gegevens in de strooitabel) wordt de
meststof gelijkmatig verdeeld.
Gegeven parameters:
Meststofsoort:
Werkbreedte:
Strooischijftype:
Rijsnelheid:
Strooihoeveelheid:
Overeenkomstig de strooitabel moeten de volgende instellingen aan de machine
worden uitgevoerd:
Aanbouwhoogte:
Doseerschuifinstelling:
Toerental PTO:
Instelling strooischoepen:
62
Veldstrooien in de normale bemesting
ENTEC 26 COMPO BASF
12 m
M1
10 km/u
300 kg/ha
50/50 (A = 50 cm, B = 50 cm)
160
540 omw/min
C3-B2