Onderhoud
6.6.2
Het setpunt van de watertemperatuur (vast setpunt)
verhogen/verlagen
Het setpunt van de watertemperatuur bepaalt de temperatuur van de
aanvoer naar de installatie (water op de uitlaat uit het toestel) of de re-
tour naar de installatie (water op de inlaat naar het toestel). De instel-
ling van de temperatuur wordt bij de inbedrijfstelling door de techni-
sche dienst vooraf vastgelegd.
Het setpunt van het water is standaard op de aanvoer ingesteld.
Afstelling met vast setpunt wordt gebruikt als de parameter
225 is ingesteld op de waarde 0.
Normaal gesproken levert de afstelling die is gebaseerd op
de klimaatcurve, beschreven in paragraaf 6.6.1 p. 47 , bete-
re prestaties op het gebied van ruimtetemperatuur en ener-
gie-efficiëntie. Neem eventueel contact op met de technische
dienst Robur voordat u het type gebruikte afstelling wijzigt.
Handel als volgt om het setpunt van de temperatuur van het
water te verhogen/verminderen via de kaart GHP10/GHP11
(zie ook paragraaf 6.5 p. 45 ):
1. Ga in het menu 3 naar parameter 225 (= bron setpunt) via de
toetsen
en
(vast setpunt - zie tabel 6.1 p. 46 ).
2. Stel de parameter 226 (vast setpunt in service verwarming) in
op de gewenste temperatuurwaarde.
3. Ga uit het menu 3 en de lijst met menu's te verlaten door te
drukken op de toets
ten, druk daarna op de toets
4. Op de display wisselen de waarden van de watertemperatuur
elkaar af: op de vertrek, op de retour en het verschil tussen bei-
de waarden.
6.6.3
Het ACS-instelpunt verhogen/verlagen
De ACS-richtwaarde bepaalt de ACS-accumulatietemperatuur, in aan-
wezigheid of afwezigheid van een ACS-verzoek van een schakelaar of
een dag-/weektimer. De temperatuurinstelling wordt ingesteld door de
CAT bij de eerste ontsteking.
Standaard wordt de waterrichtwaarde ingesteld als het externe ACS-
verzoekcontact (COM-DHW) gesloten is.
Handel als volgt om het SWW-setpunt van de temperatuur
van het water te verhogen/verminderen via de kaart GHP10/
GHP11 (zie ook paragraaf 6.5 p. 45 ):
1. Toegangsparameter 227 (= ACS-richtwaarde met COM-DHW-
contact gesloten) in menu 3 met
parameter 227 in op de gewenste temperatuurwaarde.
2. Wijzig eventueel ook de instelling van parameter 237 (= ACS
setpoint met COM-DHW contact open) naar de gewenste
temperatuurwaarde.
3. Ga uit het menu 3 en de lijst met menu's te verlaten door
te drukken op de toets
7
ONDERHOUD
7.1
WAARSCHUWINGEN
Een correct onderhoud voorkomt problemen, garandeert de
efficiëntie en beperkt de beheerskosten.
48
; stel de parameter 225 in op de waarde 0
tot de letter "E" verschijnt om te verla-
.
de e-toetsen
tot de letter "E" verschijnt om te
verlaten, druk daarna op de toets
4. Op de display wisselen de waarden van de watertemperatuur
elkaar af: op de vertrek, op de retour en het verschil tussen bei-
de waarden.
6.7
DE GEBLOKKEERDE UNIT OPNIEUW STARTEN
6.7.1
Signalering problemen op het display
Als het toestel geblokkeerd is, knippert een operationele code op het
display (eerste groene cijfer links, letter "u" = waarschuwing of "E" =
fout).
Om het toestel opnieuw te starten, moet u de procedure kennen
▶
met betrekking tot het gesignaleerde probleem en geïdentificeerd
door de code (paragraaf 8.1 p. 51 ) en deze procedure uitvoeren.
Voer alleen interventies uit als u het probleem en de procedure
▶
kent (er kan specifieke technische kennis en een professionele
kwalificatie vereist zijn).
Neem contact op met de technische dienst als u noch de code,
▶
noch het probleem, noch de procedure kent of als u onvoldoende
competent bent en in ieder geval wanneer er twijfel bestaat.
6.7.2
Toestel geblokkeerd
Er is een externe interventie (reset of reparatie) nodig wegens een sto-
ring aan het toestel of een probleem op de installatie.
In geval van een tijdelijke of voorlopige storing kan een reset vol-
▶
doende zijn.
Waarschuw de onderhoudstechnicus of de technische dienst bij
▶
een storing of een defect.
6.7.3
Reset
Om een storing te resetten zijn er drie mogelijkheden:
1. Als het toestel is aangesloten op de systeemcontroller OQLT021
kan het worden gedaan via de besturingsinrichting, zoals staat be-
schreven in de betreffende handleiding.
2. Als er een knop voor resetten op afstand voorzien is (paragraaf
4.7 p. 34 ) rechtstreeks met de knop.
3. U kunt de deblokkeer/resetknop op de unit gebruiken (referentie J
van Afbeelding 1.3 p. 10 ).
6.8
EFFICIËNTIE
Voor een betere efficiëntie van het toestel:
Houd de koelvinnenbatterij netjes.
▶
Regel de maximale watertemperatuur van het water en de klimaat-
▶
curve op de effectieve noden van de installatie.
Verminder herhaaldelijk inschakelen tot een minimum (lage belas-
▶
; stel
tingen).
Programmeer de activering van het toestel op de effectieve ge-
▶
bruiksperioden.
Houd de water- en luchtfilters op de hydraulische installatie en de
▶
ventilatie netjes.
Schakel de ACS-aanvraagrichtwaarde uit of verlaag deze op mo-
▶
menten dat de service niet nodig is, terwijl de vriesbeveiliging in de
opslag behouden blijft.
De onderhoudswerken die hier worden beschreven, mogen
uitsluitend door de technische dienst of door een gekwalifi-
ceerde onderhoudstechnicus worden uitgevoerd.
Alle werkzaamheden op interne componenten mogen
7
.