4. Steek de verzachte gasslang helemaal
in het aansluitstuk. Draai de klem stevig
vast met een schroevendraaier.
5. U moet controleren op lekkage van het
verbindingsdeel na aansluiting.
Lekkagecontrole bij het aansluitpunt
• Zorg ervoor dat alle knoppen op het pro-
duct zijn uitgeschakeld. Zorg ervoor dat
de gastoevoer open is. Bereid zeep-
schuim voor en breng het aan op het
aansluitpunt van de slang voor gaslek-
kagecontrole.
• Het zeepgedeelte schuimt als er een
gaslekkage is. Inspecteer in dit geval
nogmaals de gasaansluiting.
• In plaats van zeep kun je in de handel
verkrijgbare sprays gebruiken voor gas-
lekkagecontrole.
• Als er een gaslek is, sluit dan de gastoe-
voer af en ventileer de ruimte.
• Gebruik nooit een lucifer of aansteker
om de gaslekkage te beheersen.
4.4 Plaatsen van het product
1. Duw het product naar de keukenmuur.
2. Bevestig de veiligheidsketting die u op
het product hebt aangesloten aan de
muur.
3. Pas de poten van de oven aan
De poten van de oven afstellen
Trillingen tijdens het gebruik kunnen ertoe
leiden dat kookvaten bewegen. Deze ge-
vaarlijke situatie kan worden vermeden als
het product waterpas en uitgebalanceerd
is.
Voor uw eigen veiligheid moet u ervoor
zorgen dat het product waterpas staat
door de vier poten aan de onderkant aan te
passen door links of rechts te draaien en
waterpas uit te lijnen met de werkblad.
Eindcontrole
1. Steek de stekker van het product weer
in het stopcontact.
2. Controleer de elektrische functies.
3. Open gastoevoer.
4. Controleer of de gasaansluitingen goed
vastzitten en of er lekkages zijn.
5. Steek de branders aan en controleer het
uiterlijk van de vlam.
Vlam moet blauw zijn en een regel-
matige vorm hebben. Als de vlam
geelachtig is, controleer dan of de
branderkap goed vastzit of reinig
de brander.
4.5 Gasconversie
Algemene waarschuwingen
• Voordat u met werkzaamheden aan de
gasinstallatie begint, moet u de hoofdlei-
ding van het gas loskoppelen. Er bestaat
explosiegevaar!
• Alle gasinjectoren moeten worden ver-
vangen en de brandende aanpassing van
de gaskranen moet in een lagere debiet-
positie worden uitgevoerd om het pro-
duct geschikt te maken voor gebruik met
een ander gas.
• Nadat het gastype is gewijzigd, moet het
nieuwe gastype-etiket op de reservezak
worden aangebracht op het huidige eti-
ket dat al op de achterwand van het pro-
duct is aangebracht.
• Het type converteerbaar gas en de gas-
categorieën van uw product per land
worden gegeven in de sectie "Landgas-
categorieën/types/druk". Bekijk de tabel
in deze tabel voor de soorten gas die u in
uw omgeving kunt omzetten. U kunt niet
converteren naar niet-gespecificeerde
gassoorten in deze tabel.
• Reserve-injector geschikt voor het type
gas dat u wilt converteren, wordt moge-
lijk niet bij het product geleverd. U kunt
de injectoren verkrijgen bij de geautori-
seerde service of op de plaats waar u het
product hebt gekocht.
NL / 77
EN
NL