FC 300 Programmeerhandleiding
3-77 Ramp 4 S-ramp ratio bij vertr. Start
Range:
50 %*
[Application dependant]
3-78 Ramp 4 S-ramp ratio bij vertr. Einde
Range:
50 %*
[Application dependant]
3.5.8 3-8* Andere Ramps
Stel de parameters in voor speciale aan/uitlopen, zoals Jog of Snelle stop.
3-80 Jog ramp-tijd
Range:
Application
[0.01 - 3600.00 s]
dependent*
t jog s x n s tpm
. 3 − 80 =
Par.
Δ
log snelheid
Functie:
Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd (Par. 3-72
koppel toeneemt. Hoe hoger het percentage, hoe hoger de verkregen schokcompensatie; hierdoor
zal het aantal koppelschokken in de toepassing dus verminderen.
Functie:
Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd (Par. 3-72
koppel afneemt. Hoe hoger het percentage, hoe hoger de verkregen schokcompensatie; hierdoor
zal het aantal koppelschokken in de toepassing dus verminderen.
Functie:
Stel de jog-aan/uitlooptijd in die nodig is om te versnellen/vertragen tussen 0 tpm en de nominale
motorfrequentie n
. Zorg ervoor dat de totale uitgangsstroom die nodig is voor de betreffende jog-
s
aan/uitlooptijd niet hoger is dan de ingestelde stroomgrens in Par. 4-18
uitlooptijd start wanneer er via het LCP, een geselecteerde digitale ingang of de seriële-communi-
catiepoort een jogsignaal wordt gegeven. Wanneer de jog-functie is uitgeschakeld, zijn de normale
aan/uitlooptijden van toepassing.
. 3 − 19 )
(
par
tpm
®
MG.33.M8.10 - VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
3 Parameterbeschrijving
Ramp 4 uitlooptijd
) in waarin het vertragings-
Ramp 4 uitlooptijd
) in waarin het vertragings-
Stroombegr.
. De jog-aan/
3
79