Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Modus Laag Vermogen; Volgfout (X) (X); Omvormer Ingesteld Op Standaardwaarden; Csiv Corrupt - Danfoss FC 300 Programmeerhandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor FC 300:
Inhoudsopgave

Advertenties

FC 300 Programmeerhandleiding
Functie
Nr.
X44/10 (DI)
PTC 1
[4]
+
waarsch.
-
PTC 1-alarm
[5]
+
-
PTC 1 & relais
[6]
+
A
PTC 1 & relais
[7]
+
W
PTC 1 & relais
[8]
+
A/W
PTC 1 & relais
[9]
+
W/A
+: geactiveerd
-: niet geactiveerd
WAARSCHUWING 73, Autorestart Veilige stop
Veilig gestopt. Let op: wanneer een automatische herstart is ingescha-
keld, kan de motor starten zodra de fout is opgeheven.
WAARSCHUWING 76, Setup vermogenseenheid
Het aantal vereiste vermogenseenheden komt niet overeen met het ge-
detecteerde aantal actieve vermogenseenheden.
Probleem verhelpen:
Bij het vervangen van een F-framemodule treedt dit probleem op wan-
neer de vermogensspecifieke gegevens in de voedingskaart van de mo-
dule niet overeenkomen met die van de rest van de omvormer. Ga in dit
geval na of het reserveonderdeel en de bijbehorende voedingskaart het
juiste onderdeelnummer hebben.
WAARSCHUWING 77, Modus laag vermogen
Deze waarschuwing geeft aan dat de omvormer met laag vermogen
werkt (d.w.z. met minder dan het aantal toegestane invertersecties). De-
ze waarschuwing wordt gegenereerd bij het uit- en weer inschakelen
wanneer de omvormer is ingesteld om te werken met minder inverters;
de omvormer blijft werken.
ALARM 78, Volgfout:
Het verschil tussen de setpointwaarde en de feitelijke waarde is hoger
dan de ingestelde waarde in Par. 4-35
Volgfoutfunctie
Par. 4-34
of selecteer een alarm/waarschuwing, even-
Volgfoutfunctie
eens in Par. 4-34
. Onderzoek de mechanische aspecten
ten aanzien van de belasting en de motor en controleer de terugkoppe-
lingsaansluitingen vanaf de motor – encoder – naar de omvormer. Se-
lecteer de motorterugkoppelingsfunctie in Par. 4-30
lingsverliesfunctie
. Stel het volgfoutbereik in via Par. 4-35
Par. 4-37
Volgfout aan/uitloop
.
ALARM 79, Ongeldige configuratie vermogensdeel
De schalingskaart heeft een onjuist onderdeelnummer of is niet geïnstal-
leerd. Ook de MK102-connector op de voedingskaart kon niet worden
geïnstalleerd.
ALARM 80, Omvormer ingesteld op standaardwaarden
De parameterinstellingen zijn geïnitialiseerd op de standaardinstelling na
een handmatige (drievingerige) reset.
ALARM 81, CSIV corrupt:
Het CSIV-bestand bevat syntaxfouten.
Veilige stop T37
-
+
-
+
-
-
-
-
Volgfout
. Schakel de functie uit via
Motorterugkoppe-
Volgfout
en
®
MG.33.M8.10 - VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
ALARM 82, CSIV parameterfout:
CSIV heeft een parameter niet kunnen initialiseren.
ALARM 85, Gevaarlijke PB-fout:

Profibus/Profisafe-fout.

ALARM 86, Gev. fout DI:
Sensorfout.
ALARM 90, Bewaking terugkoppeling:
Controleer de aansluiting naar de encoder/resolveroptie en vervang de
MCB 102 of MCB 103, indien nodig.
ALARM 91, Analoge ingang 54 verkeerd ingesteld:
Schakelaar S202 moet zijn ingesteld op de stand UIT (spanningsingang)
wanneer een KTY-sensor is aangesloten op analoge ingangsklem 54.
ALARM 243, Rem-IGBT
Dit alarm is enkel van toepassing op omvormers met frame F. Vergelijk-
baar met Alarm 27. De rapportwaarde in de alarmlog geeft aan welke
vermogensmodule het alarm heeft veroorzaakt:
1 = meest linkse invertermodule.
2 = middelste invertermodule in F2 of F4 omvormer.
2 = rechter invertermodule in F1 of F3 omvormer.
3 = rechter invertermodule in F2 of F4 omvormer.
5 = gelijkrichtermodule.
ALARM 244, Temperatuur koellichaam
Dit alarm is enkel van toepassing op omvormers met frame F. Vergelijk-
baar met Alarm 29. De rapportwaarde in de alarmlog geeft aan welke
vermogensmodule het alarm heeft veroorzaakt:
1 = meest linkse invertermodule.
2 = middelste invertermodule in F2 of F4 omvormer.
2 = rechter invertermodule in F1 of F3 omvormer.
3 = rechter invertermodule in F2 of F4 omvormer.
5 = gelijkrichtermodule.
ALARM 245, Sensor koellichaam
Dit alarm is enkel van toepassing op omvormers met frame F. Vergelijk-
baar met Alarm 39. De rapportwaarde in de alarmlog geeft aan welke
vermogensmodule het alarm heeft veroorzaakt:
1 = meest linkse invertermodule.
2 = middelste invertermodule in F2 of F4 omvormer.
2 = rechter invertermodule in F1 of F3 omvormer.
3 = rechter invertermodule in F2 of F4 omvormer.
5 = gelijkrichtermodule.
ALARM 246, Voeding voedingskaart
Dit alarm is enkel van toepassing op omvormers met frame F. Vergelijk-
baar met Alarm 46. De rapportwaarde in de alarmlog geeft aan welke
vermogensmodule het alarm heeft veroorzaakt:
1 = meest linkse invertermodule.
2 = middelste invertermodule in F2 of F4 omvormer.
2 = rechter invertermodule in F1 of F3 omvormer.
3 = rechter invertermodule in F2 of F4 omvormer.
5 = gelijkrichtermodule.
5 Problemen verhelpen
5
269

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave