3 Parameterbeschrijving
3.3.3 1-2* Motordata
Parametergroep 1-2* bevat invoergegevens voor de gegevens van het motortypeplaatje voor de aangesloten motor.
De parameters in parametergroep 1-2* kunnen niet worden gewijzigd terwijl de motor loopt.
NB!
Het wijzigen van de waarde van deze parameters beïnvloedt de instelling van andere parameters.
3
1-20 Motorverm. [kW]
Range:
Application
[Application dependant]
dependent*
1-21 Motorverm. [PK]
Range:
Application
[Application dependant]
dependent*
1-22 Motorspanning
Range:
Application
[Application dependant]
dependent*
1-23 Motorfrequentie
Range:
Application
[20 - 1000 Hz]
dependent*
1-24 Motorstroom
Range:
Application
[Application dependant]
dependent*
1-25 Nom. motorsnelheid
Range:
Application
[10 - 60000 RPM]
dependent*
1-26 Cont. nom. motorkoppel
Range:
Application
[0.1 - 10000.0 Nm]
dependent*
48
Functie:
Functie:
Functie:
Functie:
Min. - max. motorfrequentie: 20 - 1000 Hz.
Stel de motorfrequentie in overeenkomstig de gegevens van het motortypeplaatje. Als er een andere
waarde dan 50 Hz of 60 Hz is ingesteld, is het noodzakelijk om de belastingonafhankelijke instel-
Motormagnetisering bij nulsnelheid
lingen in Par. 1-50
zigen. Voor 87 Hz-bedrijf met 230/400 V-motoren stelt u de gegevens van het motortypeplaatje in
voor 230 V/50 Hz. Stel Par. 4-13
Motorsnelh. hoge begr. [RPM]
de 87 Hz-toepassing.
Functie:
Functie:
Voer de nominale motorsnelheid in overeenkomstig de gegevens van het motortypeplaatje. De ge-
gevens worden gebruikt voor de berekening van motorcompensaties.
NB!
De motorsnelheid moet altijd lager zijn dan de synchrone snelheid.
Functie:
Voer de waarde in op basis van de gegevens van het motortypeplaatje. De standaardwaarde komt
overeen met het nominale vermogen. Deze parameter is beschikbaar als Par. 1-10
®
MG.33.M8.10 - VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
FC 300 Programmeerhandleiding
Model versch.frequentie
tot Par. 1-53
en Par. 3-03
Max. referentie
Motorconstruc-
te wij-
in voor