FC 300 Programmeerhandleiding
1-59 Flystart Test Pulses Frequency
Range:
200 %*
[0 - 500 %]
3.3.6 1-6* Bel. afhank. inst.
Parameters voor de motorinstellingen die afhankelijk zijn van de belasting.
1-60 Belast. comp. bij lage snelheid
Range:
100 %*
[0 - 300 %]
Motorvermogen
0,25-7,5 kW
1-61 Belastingcomp. bij hoge snelheid
Range:
100 %*
[0 - 300 %]
Motorvermogen
0,25-7,5 kW
1-62 Slipcompensatie
Range:
Application
[-500 - 500 %]
dependent*
Functie:
Bepaalt het percentage van de frequentie voor de pulsen die worden gebruikt om de draairichting
van de motor te detecteren. Een hogere waarde zal het geproduceerde koppel verlagen. 100% komt
overeen met 2 keer de slipfrequentie. Deze parameter is actief wanneer Par. 1-73
ingeschakeld. Deze parameter is alleen beschikbaar voor VVC
Functie:
Voer de %-waarde in voor compensatie van de spanning in verhouding tot de belasting bij een met
lage snelheid draaiende motor en verkrijg zo de optimale U/f-karakteristiek. Het vermogen van de
motor bepaalt het frequentiebereik waarbinnen deze parameter actief is.
Omschakeling
< 10 Hz
Functie:
Voer de %-waarde in voor compensatie van de spanning in verhouding tot de belasting bij een op
hoge snelheid draaiende motor en verkrijg zo de optimale U/f-karakteristiek. Het vermogen van de
motor bepaalt het frequentiebereik waarbinnen deze parameter actief is.
Omschakeling
> 10 Hz
Functie:
Voer de %-waarde voor slipcompensatie in ter compensatie van toleranties in de waarde van n
De slipcompensatie wordt automatisch berekend op basis van de nominale motorsnelheid n
Deze functie is niet actief wanneer Par. 1-00
rugk.
Koppel
[1] of
[2] voor een koppelregeling met snelheidsterugkoppeling, of wanneer
Motorbesturingsprincipe
Par. 1-01
®
MG.33.M8.10 - VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
3 Parameterbeschrijving
plus
.
Configuratiemodus
is ingesteld op
is ingesteld op de speciale motormodus
Vlieg. start
is
3
.
M,N
.
M,N
Snelh. met te-
U/f
[0].
53