DAF
:ilJ*"'"'tructies
Laadcrrcurt
5-72-l
ONDERHOUD EN TESTEN SEV DYNAMO
Grallek yan
de
algegeven stroomslerkle
-bll
de
respectlevelflke
loerentallen
Yan
de dynamo.
s.Ey. 28V
354
wP'
71340112
ONDERHOUD
Het periodieke onderhoud
beperkt
zich
tot:
a)
het
controleren
enlof afstellen
van de V-riemen
b)
het
controleren
enlof reinigen
van de
koellucht-
openingen
c) het
controleren
en/of
vernieuwen
van
de
koolborstels
Deze
curve
is vastgesteld met de
SEV
dynamo
28V
35A tesamen met de
daarbij
behorende regelaar.
De
afgegeven spanning
is
bepaald door
de
regelaar.
Bij
een
temperatuur van
25oC
en een
stroomafname
van 5
Amp.
moet deze
spanning
28,8
t
0,3V
zijn.
Bij
een
grotere stroomafname zal de
afgeregelde
spanning
afnemen met
t
0,15V
per
10A.
Tevens
zal
bij
een
afwijkende temperatuur
de
afgeregelde
spanning
eveneens enigszins
afwijken.
De
in
bijgaande grafiek weergegeven
stroomsterkte
is
de
maximale waarde
die bij de
afgeregelde
spanning
kan
worden
geproduceerd.
De
dynamo hoeft echter niet
altijd het
maximale
vermogen
te
leveren, maar is
afhankelijk
van:
de
ladingstoestand
van de accu,
het
aantal
ingeschakelde
verbruikers
De
afgeregelde spanning
moet
worden gemeten
aan
aansluiting
61*,
omdat
tussen deze
aansluiting
en
aansluiting
B*
een spanningsval bestaat
van
0,7
tot
1,3V. De
verbruikers behoren
te
worden aangesloten
op
dynamoaansluiting
B*.
Moet men
speciale
verbruikers aansluiten, zoals
beveiligingsrelais,
bedrijfsurenteller
e.d. dan mag
dit
gebeuren aan
de
aansluiting
61f.
De maximum toegestane
stroom
welke
men van
aansluiting
61f
mag
aftakken
is
2,5
amp. De veldstroom,
die
eveneens
wordt afgetakt
van
aansluiting
61*
kan
een
waarde hebben van
1,6
Amp.
Dit
betekent
dat de
stroom
voor de
speciale
verbruikers maximaal 2,5
- 1,6:
0,9
Amp.
mag
bedragen.
31