Toestel in gebruik nemen
Voordat u het toestel in gebruik
neemt, moet u eerst
-
de bedieningselementen, door
erop te drukken, naar buiten
laten komen (als ze verzonken
zijn).
-
de dagtijd instellen.
Dagtijd voor het eerst instellen
U kunt de dagtijd alleen instellen als
de functiekiezer op "0" staat.
In het display
– brandt het symbool m (dagtijd),
– knipperen "I2:00" en het driehoekje
V onder het symbool m.
I2:00
m
V
^ Stel eerst de uren in met de sensor-
toets V of W.
^ Druk op de sensortoets OK.
Wanneer de uren zijn ingesteld, knippe-
ren de minuten.
^ Stel de minuten in met de sensortoets
V of W.
^ Druk op de sensortoets OK.
De minuten zijn bevestigd.
De dagtijd is ingesteld.
22
In geval van een stroomonderbreking
bewaart het toestel de actuele dagtijd
gedurende ca. 24 uur. Daarna ver-
schijnt, zoals bij de eerste ingebruikna-
me, "i2:00" op het display.
Na de stroomonderbreking wordt de
dagtijd knipperend weergegeven en
moet deze met de sensortoets OK wor-
den bevestigd.
Dagtijd wijzigen
^ Druk 2 keer op de sensortoets OK.
^ Stel eerst de uren in met de sensor-
toets V of W.
^ Druk op de sensortoets OK.
^ Stel de minuten in met de sensortoets
V of W.
^ Druk op de sensortoets OK.
De dagtijd is gewijzigd.