b) Locatie
• Het product mag alleen in droge binnenruimtes gebruikt worden. Deze mag niet
vochtig of nat worden.
• Gebruik het product niet in motorvoertuigen.
• Kies om het product op neer te zetten een stabiele, vlakke, schone en voldoend
grote locatie.
Zet de product nooit op een brandbaar oppervlak (bijv. tapijt, tafelkleed). Gebruik
altijd een geschikte onbrandbare, hittebestendige ondergrond. Hetzelfde geldt
voor de aangesloten accu.
Plaats het product niet zonder een daarvoor geschikte bescherming op oppervl-
akken van waardevolle meubels. Door inwerking van de hitte zouden er kleur- of
materiaalveranderingen kunnen optreden.
• Houd het product uit de buurt van licht ontvlambare materialen (bijv. gordijnen,
papier), vloeistoffen (bijv. benzine) of gassen.
• Vermijd directe instraling van de zon, overmatige hitte of koude. Houd het product
uit de buurt van stof en vuil.
• Gebruik het product niet in de directe omgeving van sterke magnetische of
elektromagnetische velden, zendmasten of HF-generatoren. Daardoor kan de
besturingselektronica beïnvloedt worden.
• Zet bijv. geen met vloeistof gevulde potten, vazen of planten op of naast het
product.
Als deze vloeistoffen in de oplader binnendringen, gaat de oplader kapot en
verder bestaat er groot gevaar op een brand of een ontploffing.
Ontkoppel in een dergelijk geval het product direct van de werkspanning en
ontkoppel de accu van de oplader. Gebruik de oplader niet meer. Laat de oplader
door een servicewerkplaats controleren of verwijder de oplader op milieuvriende-
lijke wijze.
• Let erop dat de aansluitkabel (tussen oplader en de spanning-/stroomvoorziening
of tussen oplader en accu) niet geplet of door scherpe kanten beschadigd kan
worden.
8