4.9.3
Last transporteren
Voorwaarden
– Last is correct opgenomen.
– Hefmast gedaald voor correct transporteren (ca. 150 - 500 mm boven de vloer).
Rijden met opgeheven last (>500 mm) is verboden.
– Goede bodemgesteldheid.
Werkwijze
• Intern transportmiddel nauwkeurig accelereren en afremmen.
• Rijsnelheid aan de toestand van de rijbanen en de getransporteerde last
aanpassen.
• Intern transportmiddel met gelijkmatige snelheid rijden.
• Altijd gereed zijn om te remmen:
• Onder normale omstandigheden intern transportmiddel zacht afremmen.
• In geval van gevaar mag er plotseling worden gestopt.
• Bij kruisingen en doorgangen op het overige verkeer letten.
• Op onoverzichtelijke plaatsen uitsluitend met een assistent rijden.
• Het is niet toegestaan om dwars of schuin over hellingen te rijden.
• Aanwijzing voor het rijden over hellingen volgen, zie pagina 109.
127