Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT 3000 Series Handleiding pagina 53

Inhoudsopgave

Advertenties

Conformiteit aan EMC-
richtlijn 89/ 336/ EEG
Aarding:
Kabels
Afgeschermde kabels
EMC-installatie
Ter ondersteuning van onze bewering dat de
VLT
frequentie-omvormer voldoet aan de
®
veiligheidseisen met betrekking tot emissie en
immuniteit overeenkomstig EMC-richtlijn
89/336/EEG, is er voor ieder model een
Technische Constructie File (TCF) gemaakt. Dit
file geeft een definitie van de EMC-vereisten en
de metingen die gemaakt zijn overeenkomstig
de geharmoniseerde EMC-standaarden in een
krachtaandrijvingssysteem (Power Drive
System, PDS), bestaande uit een VLT
frequentie-omvormer, een stuurkabel en de
besturingen (besturingsbox), motorkabel en
motor plus aanvullende opties. Het
Technische Constructie File is op deze basis
vervaardigd in samenwerking met een naar
behoren geautoriseerd EMC-laboratorium
Om elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
te verkrijgen dient men bij het installeren van
een frequentie-omvormer rekening te houden
met de volgende basispunten.
Veiligheidsaarding:
Denk eraan dat de frequentie-omvormer een
hoge lekstroom heeft en om veilig-
heidsredenen op de juiste manier moet worden
geaard. Volg de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften op.
Hoge-frequentie aarding:
Houd de aardkabelaansluitingen zo kort
mogelijk.
Sluit de verschillende aardingssystemen aan
op de laagst mogelijke geleiderimpedantie. De
laagst mogelijke geleiderimpedantie wordt
verkregen door de geleider zo kort mogelijk te
houden en door het grootst mogelijke
oppervlak te gebruiken. Een platte geleider
De stuurkabel en de gefilterde netkabel dienen
gescheiden van de motor- en remkabels te
worden geïnstalleerd om interferentiekoppeling
te voorkomen. Normaal gesproken zal een
afstand van 20 cm voldoende zijn, maar het is
raadzaam om daar waar dat mogelijk is een zo
groot mogelijke afstand aan te houden, met
name daar waar kabels over een aanzienlijke
afstand parallel geïnstalleerd zijn.
Voor wat betreft signaalgevoelige kabels, zoals
telefoonkabels en datakabels, wordt een zo
groot mogelijke afstand aanbevolen, met een
minimum van 1 m per 5 m voedingskabel (net-,
motor- en remkabel). Het dient te worden
opgemerkt dat de noodzakelijke afstand
afhankelijk is van de gevoeligheid van de
De afscherming moet een lage HF-impedantie
afscherming zijn. Dit wordt verzekerd door een
gevlochten afscherming van koper, aluminium
of ijzer te gebruiken. Een afscherming in de
MG.30.A7.10 - VLT
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
(Bevoegde Instantie).
In de meeste gevallen wordt de VLT®
frequentie-omvormer door de handelaars
gebruikt als een complex onderdeel dat deel
uitmaakt van een groter apparaat, systeem of
installatie. Het dient te worden opgemerkt dat
de verantwoording voor de uiteindelijke EMC-
eigenschappen van apparaat, systeem of
installatie bij de installateur berust. Als hulp
voor de installateur heeft Danfoss EMC-
®
installatierichtlijnen voor het krachtaandrijvings-
systeem opgesteld. Er wordt voldaan aan de
standaarden en testniveaus die zijn opgesteld
voor het krachtaandrijvings-systeem, op
voorwaarde dat de richtlijnen voor EMC-
correcte installatie worden toegepast.
heeft bijvoorbeeld een lagere HF-impedantie
dan een ronde geleider bij dezelfde geleider
kwadraatswaarde. Indien meer dan één
apparaat in een behuizing wordt geïnstalleerd,
dient de grondplaat van de behuizing, die van
metaal moet zijn, te worden gebruikt als
gewone aarde-referentieplaat. De metalen
behuizingen van de verschillende apparaten
worden gemonteerd op de grondplaat, waarbij
de laagst mogelijke HF-impedantie wordt
gebruikt. Hierdoor wordt voorkomen dat men
verschillende HF-spanningen voor de
afzonderlijke apparaten heeft en wordt het
risico van radio-interferentiestroom in
verbindingskabels tussen de apparaten
vermeden. De radio-interferentie zal
verminderd zijn.
Om een lage HF-impedantie te verkrijgen, kunt
ude bevestigingsbouten van de apparaten
gebruiken als HF-aansluiting naar de
grondplaat. Het is noodzakelijk isolerende verf
en dergelijke van de bevestigingspunten te
verwijderen.
installatie en de signaalkabels, en dat er om die
reden geen exacte waarden kunnen worden
voorgeschreven.
Bij het gebruik van kabelklemmen mogen
signaalgevoelige kabels niet in dezelfde
kabelklem worden geplaatst als de motorkabel
of remkabel.
In het geval dat signaalkabels voedingskabels
moeten kruisen, dient dit te worden gedaan
met een hoek van 90 graden.
Denk eraan dat alle in- of uitgaande kabels met
interferentie van/naar een behuizing
afgeschermd of gefilterd moeten worden.
vorm van een pantsering is niet geschikt voor
een installatie overeenkomstig EMC.
53

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt 3002-3022Vlt 3032-3052Vlt 3060-3250

Inhoudsopgave