5. Schuif de DIMM-geheugenmodule in het apparaat totdat de module
vastklikt. Zorg ervoor dat de klemmen helemaal over de uitsparingen
aan weerskanten van de DIMM-geheugenmodule vallen.
6. Sluit de klep van het moederbord door de gleuven op de klep samen te
laten vallen met de randen op het apparaat en schuif de klep op haar
plaats.
7. Sluit het netsnoer en de printerkabel opnieuw aan en zet het apparaat
aan.
Een geheugen verwijderen
Duw de klemmen aan weerskanten van de DIMM-sleuf naar buiten om de
DIMM-geheugenmodule vrij te maken en trek deze vervolgens uit de printer.
Een harde schijf installeren
Door de installatie van een harde schijf kunnen de gegevens van uw
computer naar de afdrukwachtrij op de harde schijf van de printer worden
gestuurd. Op die manier wordt de computer minder belast. Daarnaast kunt u
gebruikmaken van verschillende afdrukfuncties. U kunt bijvoorbeeld een
afdruktaak op de harde schijf opslaan, een afdruktaak controleren en
persoonlijke documenten afdrukken.
Er worden gegevens meegeleverd voor de bestelling van een optionele
harde schijf (zie "Beschikbare accessoires" op pagina 105).
Een harde schijf installeren
1. Schakel het apparaat uit en koppel alle kabels van het apparaat los.
2. Verwijder de klep van het moederbord.
3. Haal de nieuwe harde schijf uit de plastic verpakking.
4. Plaats de connector op de harde schijf in het verlengde van de
connector op het moederbord. Duw de connector van de harde schijf in
de connector op het moederbord tot de harde schijf goed vastzit.
Verbruiksartikelen en accessoires_ 113