2
Microfoons
Met de microfoons kunt u geluiden en spraak vastleggen met een softwareprogramma voor audio.
3
Aan/uit-knop
Gebruik de aan/uit-knop om de computer aan te zetten.
Gebruik de uitschakeloptie van het menu Start in het besturingssysteem Microsoft
computer uit te schakelen. Verplaats in het Microsoft Windows 8- en Windows 8.1-besturingssysteem de
aanwijzer naar de rechterboven- of rechteronderhoek van het beeldscherm om de charms weer te geven.
Klik vervolgens op Instellingen ➙ Voeding ➙ Afsluiten.
Als de computer niet meer reageert en niet meer uitgeschakeld kan worden, houdt u de aan/uit-knop
vier seconden of langer ingedrukt. Als de computer dan nog steeds niet reageert, verwijdert u de
netvoedingsadapter en gebruikt u de noodresetopening om de computer opnieuw te starten. Zie
"Onderkant" op pagina 6.
U kunt de aan/uit-knop ook zodanig programmeren dat bij het drukken op de aan/uit-knop de computer
kan worden uitgeschakeld of in de slaap- of de sluimerstand kan worden gezet. Hiertoe moet u de
instellingen van het energiebeheerschema wijzigen. Ga als volgt te werk om de instellingen van het
energiebeheerschema te openen:
• Windows 7: start het programma Power Manager en klik vervolgens op het tabblad
Energiebeheerschema. Zie "Lenovo-programma's vanuit het besturingssysteem Windows 7 openen" op
pagina 13voor instructies over het starten van het programma Power Manager.
• Windows 8 en Windows 8.1: klik in het systeemvak van Windows op het batterijstatuspictogram en klik
vervolgens op Meer opties. Klik vervolgens op Het gedrag van de aan/uit-knoppen bepalen.
4
Vingerafdruklezer (op bepaalde modellen)
Vingerafdrukverificatietechnologie zorgt voor een eenvoudige en veilige toegang tot het systeem door uw
vingerafdruk aan wachtwoorden te koppelen. Meer informatie vindt u in "De vingerafdruklezer gebruiken" op
pagina 60.
ThinkPad-aanwijsapparaat
5
TrackPoint-aanwijsknopje
7
ThinkPad-trackpad
Op het toetsenbord vindt u het unieke Lenovo ThinkPad-aanwijsapparaat. Aanwijzen, selecteren en slepen
worden in één moeite uitgevoerd, terwijl uw handen gewoon in de typpositie blijven. Meer informatie vindt u
in "ThinkPad-aanwijsapparaat" op pagina 24.
6
NFC-logo (op bepaalde modellen)
Als de trackpad van uw computer van een NFC-logo (Near Field Communication) is voorzien, geeft dit aan
dat uw computer de NFC-functie ondersteunt. Meer informatie vindt u in "De NFC-verbinding gebruiken" op
pagina 36.
8
Scherm (multitouch-scherm op bepaalde modellen)
Meer informatie vindt u in "Werken met het multitouch-scherm" op pagina 19.
2
Handboek voor de gebruiker
®
®
Windows
7 om de