ThinkPad Ultra Dock
Voorkant
1
Aan/uit-knop: druk op de aan/uit-knop om de computer in of uit te schakelen.
2
Vergrendelingslampje: dit lampje gaat branden wanneer het systeemslot in de vergrendelde stand staat.
3
Docking-statuslampje: dit lampje gaat branden wanneer de computer zich in het dockingstation bevindt.
4
Uitwerpknop: druk op de uitwerpknop om de computer van het dockingstation los te koppelen.
5
Geleider: gebruik de geleider als richtsnoer om de dockingstationaansluiting op uw computer uit te lijnen,
als u de computer aan het dockingstation koppelt.
6
Dockingstationaansluiting: wordt gebruikt om uw computer aan te sluiten.
7
Systeemslot: gebruik het systeemslot om de uitwerpknop te blokkeren. In de vergrendelde stand
is de uitwerpknop van het dockingstation vergrendeld, zodat de computer niet kan worden gekoppeld of
verwijderd.
Achterkant
.
Hoofdstuk 7
De computer uitbreiden
97