Raadpleeg de maattekening voor de hydraulische en elektrische aansluiting van de systemen. De
totale afmetingen van de machine, zoals ook het in deze handleiding aangegeven gewicht, zijn louter
indicatief. De contractuele maattekening en het betreffende schakelschema worden bij de bestelling
aan de klant overhandigd.
Het is verboden om de eenheid onder de -20 ° C omgevingstemperatuur te tillen.
4.3
Plaatsing en assemblage
Alle systemen zijn ontworpen voor extern gebruik, op balkons of op de grond, op voorwaarde dat het installatiegebied vrij
is van obstakels die de luchtstroom naar de condensorpijpen kunnen verminderen.
Het systeem moet op robuuste, perfect genivelleerde funderingen worden geïnstalleerd. Als het systeem op balkons of
daken wordt geïnstalleerd, kan het nodig zijn om balken te gebruiken om het gewicht te verdelen.
Voor installatie op de grond moet een stevige basis in cement worden voorzien, met een minimale dikte van 250 mm en
een breedte die groter is dan de breedte van het systeem. Deze basis moet in staat om het gewicht van het systeem te
kunnen dragen.
Installeer het systeem op rubberen of verende trillingsdempers. Het frame van het systeem moet perfect waterpas op de
trillingsdempers staan.
Vermijd een installatie zoals weergegeven op de afbeelding 3. In geval de trillingsdempers niet aangepast kun nen worden,
moeten de horizontale plaatsing van het frame van het systeem gegarandeerd worden door gebruik te maken van
vulstukken van metaalplaat.
Voorafgaand aan de inbedrijfstelling van het systeem moet de horizontale stand gecontroleerd worden met een
laserwaterpas of een soortgelijk apparaat. De vlakheid mag niet meer dan 5 mm zijn voor groepen tot 7 m lang en 10 mm
voor groepen langer dan 7 m.
Als het systeem wordt geïnstalleerd op plaatsen die voor mens en dier gemakkelijk toegankelijk zijn, wordt aa ngeraden
om beschermende roosters te installeren voor de secties van de condensator en de compressor.
Om op de plaats van installatie de beste prestaties te verzekeren, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen en
aanwijzingen worden nageleefd:
−
Vermijd recirculatie van de luchtstroom;
−
Zorg ervoor dat er geen obstakels zijn die de luchtstroom belemmeren;
−
Zorg voor een sterke en robuuste fundering om lawaai en trillingen te beperken;
−
Verwijd om te installeren in bijzonder stofAfbe omgevingen om de vervuiling van de condensorpijpen te verminderen;
−
Het water in het systeem moet bijzonder schoon zijn en alle sporen van olie en roest moeten worden verwijderd. Op
de inlaatleiding van het systeem moet een mechanisch waterfilter geïnstalleerd worden;
−
Vermijd om het koelmiddel op de plaats van installatie af te voeren via de veiligheidskleppen. Indien nodig, kunnen de
veiligheidskleppen worden verbonden met de afvoerleidingen die een doorsnede en lengte moeten hebben volgens de
nationale wetgeving en Europese richtlijnen.
4.4
Minimum vereiste ruimte
Het is van fundamenteel belang dat de minimale afstanden op alle systemen worden nageleefd, om een optimale ventilatie
naar de condensorpijpen te verzekeren.
Bij het beslissen van de plaats van het systeem en om een goede luchtstroom te verzekeren, moeten de volgende factoren
in overweging worden genomen:
−
vermijd de recirculatie van warme lucht;
Afb. 20 – Waterpasstelling systeem
D–EIMAC01905-23_02NL - 29/56