14.2.2
Referentiewaarde door de gebruiker gedefinieerd
Percentageweging kiezen, zie hoofdstuk 14.2.
De toets TARE drukken.
Indien nodig de navigatietoetsen ( ) meermals
drukken totdat de menupunt "OPTION" verschijnt.
De toets TARE drukken.
Aanduiding indien geen referentiewaarde is
opgeslagen.
Aanduiding indien een referentiewaarde is
opgeslagen.
Referentiewaarde instellen
Indien nodig op de weegschaal een lege container
stellen en de weegschaal met de toets TARE tarreren.
De toets MENU 2x drukken.
De toets PRINT drukken, de actuele instelling
verschijnt.
Met de navigatietoetsen de gewenste
percentagewaarde invoeren, zie hoofdstuk 3.1.1
"Numerieke invoer".
Het referentiegewicht opleggen dat met de ingevoerde
percentagewaarde correspondeert.
Wachten totdat de stabilisatieaanduiding ( ) verschijnt
en vervolgens de toets TARE drukken.
Het aanduidingsymbool [
percentagebepaling met referentiegewicht door de
gebruiker gedefinieerd.
Het monstergewicht verschijnt vanaf dat moment in
percenten, ten aanzien van het referentiegewicht, zie
hoofdstuk 14.2.2.
62
] toont op
ABS-N_ABJ-NM-BA-nl-1614