¡ Bij het ontdooien van vlees of gevogelte ontstaat
vloeistof. Verwijder bij het keren de vloeistof. Verder
niet gebruiken of met andere levensmiddelen in
contact laten komen.
¡ Gehakt dat al ontdooid is na het keren verwijderen.
¡ Gevogelte in zijn geheel eerst met de borstzijde en
stukken gevogelte eerst met de kant van het vel op
de vorm leggen.
Groente
¡ Verse groente: in stukken van gelijke grootte snij-
den. Voeg per 100 g één eetlepel water toe.
¡ Diepvriesgroente: alleen geblancheerde, niet voor-
gekookte groente is geschikt. Diepvriesgroente met
roomsaus is niet geschikt. 1 tot 3 eetlepels water to-
evoegen. Bij spinazie en rode kool geen water toe-
voegen.
Aardappelen
¡ Aardappels om te koken: snijd deze in stukken van
gelijke grootte. Voeg per 100 g twee eetlepels water
en een beetje zout toe.
¡ Aardappels in de schil: gebruik aardappels van ge-
lijke grootte. Wassen en meerdere gaatjes in de
schil prikken. Nog vochtig in een vorm zonder water
doen.
¡ Aardappels in de oven: aardappels van gelijke gro-
otte gebruiken. Wassen, drogen en meerdere gaat-
jes in de schil prikken.
Rijst
¡ Gebruik geen zilvervliesrijs of rijst in kookzakjes.
¡ Twee tot twee en een half keer de hoeveelheid wa-
ter bij de rijst doen.
Gevogelte
¡ Gebruik alleen kipdelen die op koelkasttemperatuur
zijn.
¡ Leg kipdelen met de huidzijde naar boven op het ro-
oster.
Rusttijd
Sommige gerechten moeten na het einde van het pro-
gramma nog even rusten in de binnenruimte.
11.3 Programmatabel
Met de programma's kunt u heel eenvoudig gerechten klaarmaken. U kiest een programma en voert het gewicht van
uw gerecht in. Het programma neemt de optimale instelling over.
Ontdooien
Gerecht
1
Brood ontdooien
1
Vlees ontdooien
1
Vis ontdooien
1
Let op het keersignaal.
Geschikte levensmiddelen
Brood, heel, rond of langwerpig, brood in
sneetjes, cake, gistgebak, vruchtengebak,
taart zonder glazuur, slagroom of gelatine
Braadstukken, platte stukken vlees, gehakt,
kip
Hele vis, visfilet, viskotelet
Gerecht
Groente
Aardappelen
Rijst
11.2 Programma instellen
1.
Druk op
.
a Het apparaat is klaar voor gebruik.
2.
Druk op
.
a Het display geeft de functies weer.
3.
Kies met of de functie .
4.
Druk op
.
a Het display toont het eerste programma.
5.
Stel het gewenste programma in met of .
6.
Druk op
.
a Het display toont een voorgestelde waarde voor het
gewicht.
7.
Stel het gewenste gewicht in met of .
8.
Druk op
a Het display toont de bereidingsinstructie.
9.
Druk op
.
a Het programma wordt gestart.
a Op het display loopt de tijdsduur af.
10.
Wanneer tijdens het programma aanwijzingen op
het display worden getoond voor keren of omroe-
ren:
Open de apparaatdeur.
‒
Het gerecht verdelen, omroeren of keren.
‒
Sluit de apparaatdeur.
‒
Druk op
.
‒
Opmerking: Wanneer u het gerecht niet keert of om-
roert, loopt het programma toch normaal verder tot het
einde.
De programma's berekenen de tijdsduur.
Gewichtsbereik
in kg
0,10-0,55
0,10-0,55
0,10-0,55
Programma's nl
Rusttijd
ca. 5 minuten
ca. 5 minuten
Eerst het water dat ont-
staan is afgieten
ca. 5-10 minuten
Vormen/Toebehoren
Vlakke open vorm
Bodem van de binnenruim-
te
Vlakke open vorm
Bodem van de binnenruim-
te
Vlakke open vorm
Bodem van de binnenruim-
te
69