15.
Sluit de deur van de printkop.
16.
Sluit de hoofddeur en volg de instructies op het bedieningspaneel.
Het bedieningspaneel beveelt nu een uitlijning van de printkoppen aan.
De printer bereid de printkop voor op gebruik.
OPMERKING:
Kan de buizen niet verbinden met de printkop
Het is belangrijk dat u het juiste type printkop gebruikt en dat deze goed in de sleuf wordt geplaatst.
1.
Controleer of de printkop goed is geplaatst. Zie .
2.
Controleer of de hendel voor de buisaansluiting (blauw) omhoog staat voordat u de buisaansluiting
aansluit.
De codeerstrook reinigen
Ongewenste resten kunt u met een vochtig doekje verwijderen.
1.
Schakel de printer uit: Druk op de aan/uit-toets en maak het netsnoer los.
2.
Maak een niet-pluizend doekje vochtig met leidingwater en verwijder overtollig water, zodat de doek
vochtig maar niet nat is.
3.
Open de hoofddeur.
4.
Houd de doek in de vorm van een omgekeerde U om de codeerstrook en veeg deze voorzichtig
schoon totdat er geen inkt meer op de doek achterblijft. Let erop dat u de codeerstrook niet
beschadigt met uw nagels of een ander voorwerp. Houd de doek op de juiste manier vast.
OPMERKING:
94
Hoofdstuk 11 De printer onderhouden
Open gedurende dit proces geen kleppen op de printer.
Beweeg de wagen niet bij het servicestation vandaan.