Waarschuwingslampen
, meters en
controlelampen
Instrumentengroep
Bij sommige uitvoeringen draaien de
naalden van de instrumenten even tot
tegen de eindaanslag wanneer de
ontsteking wordt ingeschakeld.
Snelheidsmeter
Aanduiding van de rijsnelheid.
Instrumenten en bedieningsorganen
Kilometerteller
Weergave van de afgelegde afstand
in km op de onderste regel.
Dagteller
Op de bovenste regel ziet u de afge‐
legde weg sinds de laatste reset.
Op nul zetten door, bij ingeschakelde
ontsteking, de resetknop enkele se‐
conden in te drukken.
Toerenteller
Geeft het motortoerental aan
In elke versnelling zo veel mogelijk
met een laag toerental rijden.
Voorzichtig
Als de naald in het rode gebied
komt, betekent dit dat het maxi‐
maal toegestane toerental wordt
overschreden. Gevaar voor de
motor.
87