196
Verzorging van de auto
■ Steek de riem door de spaken van
het wiel zoals weergegeven in de
illustratie.
■ Doe de haak in het achterste sjor‐
oog.
■ Trek de riem strak en borg deze
met de gesp.
Verwisseld wiel met een
verlengstang in de
bagageruimte opbergen
Gebruik de verlengstang uit het
boordgereedschap. Boordgereed‐
schap 3 184.
■ Draai de vleugelmoer linksom en
neem het compacte reservewiel
weg.
■ Haal de verlengstang uit het boord‐
gereedschap en schroef deze op
de bout.
■ Berg het beschadigde wiel op en
zet het vast door de vleugelmoer
rechtsom te draaien.
Leg de vloerafdekking over het uitste‐
kende wiel.
Haal de verlengstang weg voordat
u het reservewiel na het vervangen of
repareren van het defecte wiel in de
uitsparing legt.
9 Waarschuwing
Bij het niet goed vastzetten van
een krik, een wiel of andere appa‐
ratuur in de bagageruimte is er
kans op letsel. Bij een noodstop of
een botsing kunnen inzittenden
door voorwerpen worden getrof‐
fen.
Berg krikken of gereedschap altijd
goed vastgezet in de betreffende
opbergvakken op.
Leg het beschadigde wiel altijd
vastgezet met de band in de ba‐
gageruimte of met de vleugelmoer
in de uitsparing voor het reserve‐
wiel.
Compact reservewiel
Bij gebruik van het compacte reser‐
vewiel kunnen de rijeigenschappen
negatief worden beïnvloed. Defecte
band zo spoedig mogelijk laten ver‐
vangen of repareren.