Inhoudsopgave
Advertenties
10 Verhelpen van storingen
10.1 Fouten bij de inbedrijfstelling
Tabel 23: Fouten bij de bediening en inbedrijfstelling
Fouten
Aandrijving is te snel of te langzaam.
Aandrijving stopt abrupt in de
eindstanden.
Aandrijving overschrijdt de eindstand.
Aandrijving corrigeert bij het
positioneren meerdere keren de
setpoint positie.
De meldingen „Draaimomentfout" en
"Eindstand bereikt" treden tegelijkertijd
op!
10.2 Foutmeldingen en waarschuwingen
Tabel 24: Waarschuwing/NAMUR Buiten specificatie
Weergegeven waarde (app of CDT)
Interne waarschuwing
24 V DC klant
24 V DC intern
Omschrijving/oorzaak
De insteltijd is verkeerd ingesteld.
Verlaging van de snelheid voor de eindstanden
uitgeschakeld of verkeerd ingesteld.
Naloop door te hoge snelheid.
Naloop door te hoge snelheid.
Een draaimomentfout wordt vlak voor de weg-
eindstand gegenereerd, maar door een naloop
overschrijdt de aandrijving toch de weg-eindstand.
Fouten onderbreken resp. verhinderen het elektrische bedrijf van de aandrijving. Bij
een fout knippert de signaallamp FOX-EYE snel rood.
Waarschuwingen hebben geen invloed op de elektrische werking van de aandrijving.
Deze hebben slechts een informatief karakter. De FOX-EYE blijft wit.
In verzamelmeldingen zijn meerdere meldingen opgenomen. De FOX-EYE blijft wit.
Voor de inhoud van de betreffende verzamelmeldingen raadpleegt u het handboek
PROFOX „Parameters en functies".
De fouten en waarschuwingen kunnen via de AUMA Assistant App, de software
AUMA CDT of de AUMA-afstandsbediening RSTX100 worden uitgelezen. De
AUMA-afstandsbediening RSTX100 vereist firmwareversie 01.06.00 of hoger voor
de aandrijving.
In de volgende tabellen zijn de afzonderlijke meldingen opgesomd.
Omschrijving/oorzaak
Verzamelmelding 15: Apparaatwaarschuwingen.
Het toestel kan met beperkingen verder worden
gebruikt.
Deel van de verzamelmelding 15: De 24 V DC
hulpspanning voor de klant (voor het aansturen van
de digitale ingangen) is uitgevallen.
Deel van de verzamelmelding 15: De interne 24 V
DC voeding van de besturing voor het voeden van
de elektronicacomponenten ligt buiten de
voedingspanningsgrenswaarden.
Verhelpen van storingen
Oplossing
Insteltijd wijzigen.
Snelheid wijzigen.
De elektronische eindstandschakelaar met deze
afwijking voorpositioneren of in het bereik
„Toerentalreductie voor eindstand" de parameters
aan een verlengde reductiecurve van het toerental
aanpassen.
In het menu Positioner de parameters voor de
toerentalreductie, vóór setpoint positie, op een
verlengde reductiecurve van het toerental
aanpassen of de parameters voor de positioner
passender instellen.
Protocol:
•
Controleren of de weg-eindstand juist is
ingesteld.
•
Snelheid verlagen.
•
Oorzaak van de draaimomentfout oplossen.
Oplossing
AUMA Assistant App of AUMA CDT gebruiken om
via het menu Diagnose de afzonderlijke meldingen
in te zien.
De 24 V DC ingangen (DIN) controleren.
De interne 24 V DC voedingsspanning controleren.
41
Advertenties
Inhoudsopgave
