7.2 Eindstanden instellen (via drukknop)
AANWIJZING
7.2.1 Eindstand DICHT instellen
GEVAAR
Hoe te werk te gaan 1. Deksel van de aandrijving nemen.
Aansluitend op deze instelling kan direct de eindstandherkenning OPEN worden
ingesteld.
Beschadiging van afsluiter/tandwielkast door een verkeerde instelling!
à Bij instelling tijdens motorbedrijf: Beweging op tijd voor eindaanslag onderbreken.
à Bij uitschakeling via posities rekening houden met naloop.
Als de aandrijving draaimomentafhankelijk ingesteld wordt: af fabriek ingesteld
uitschakelmoment controleren!
De eindstanden kunnen ook via de AUMA Assistant App of via de software AUMA
CDT worden ingesteld.
Bij het instellen van de eindstanden reageert de aandrijving afhankelijk van de
ingestelde wijze van uitschakelen:
Wijze van uitschakelen via weg
De eindpositie van de eindstand wordt exact op de huidige positie ingesteld. De
aandrijving schakelt uit bij het bereiken van de eindpositie.
Wijze van uitschakelen via draaimoment
De eindpositie van de eindstand wordt <1 % voor de huidige positie ingesteld. De
aandrijving schakelt uit bij het bereiken van de draaimomentwaarde.
Elektrische schok door gevaarlijke spanning!
Indien de waarschuwing wordt genegeerd, is overlijden of ernstig lichamelijk letsel het
gevolg.
à Elektrische aansluiting en inbedrijfstelling onder spanning mag alleen door
opgeleid personeel worden uitgevoerd.
à Geen kabels aanraken.
De ingestelde eindstand kan worden overschreden!
Bij de beweging in de richting OPEN/DICHT stopt de aandrijving bij het bereiken van
de instelde eindstand. Door opnieuw indrukken van de drukknop (kort) beweegt de
aandrijving tot voorbij de eindstand. Door opnieuw indrukken van de drukknop
(ingedrukt houden) beweegt de aandrijving tot een mechanische stop, eindaanslag
van de aandrijving.
2. Met de drukknop
ð De beweging in de richting DICHT OPEN wordt door de rood knipperende
LED gesignaleerd.
in de richting DICHT bewegen tot de afsluiter is gesloten.
Inbedrijfstelling
25