Sto-Installatie, Optioneel - Grundfos NBE Series Installatie- En Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor NBE Series:
- Installatie- en bedieningsinstructies (39 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (34 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
6.4.4 Motoraansluiting, behuizingen B2
1. Sluit de aarddraad aan op klem 99 (PE). Zie afb.
Motoraansluiting,
B2.
2. Sluit de motorgeleiders aan op klemmen 96 (U), 97 (V), 98 (W).
3. Bevestig de afgeschermde kabel met een kabelklem.
Motoraansluiting, B2
6.4.5 Netaansluiting, behuizingen C1
Koppel Nm (ft * lb)
Behuizing
Net
C1
10 (7,4)
1. Sluit de aarddraad aan op klem 95 (PE). Zie afb.. Net- en
motoraansluiting, C1.
2. Sluit de netspanningsgeleiders aan op klemmen 91 (L1), 92
(L2), 93 (L3).
6.4.6 Motoraansluiting, behuizingen C1
1. Sluit de aarddraad aan op klem 99 (PE). Zie afb.
motoraansluiting,
C1.
2. Sluit de motorgeleiders aan op klemmen 96 (U), 97 (V), 98 (W).
3. Bevestig de afgeschermde kabel met een kabelklem.
Net- en motoraansluiting, C1
10
Motor
Aarding
Relais
10 (7,4)
3 (2,2)
0,6 (0,4)
Net- en
6.5 STO-installatie, optioneel
GEVAAR
Blootstelling aan hoge druk of toxische vloeistoffen
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Als wordt nagelaten de jumper te verwijderen, wordt
de STO-functie uitgeschakeld en stopt de motor niet
zoals bedoeld, met mogelijk ernstig letsel of overlijden
tot gevolg.
‐
Als geen gebruik wordt gemaakt van een beveiligings-/
bewakingsrelais conform Categorie 3 /PL "d", ISO
13849-1 of SIL 2, EN 62061 en IEC 61508. Voer elke
12 maanden een functietest uit om te controleren of
het systeem correct werkt.
Volg deze stappen om de geïntegreerde STO in te schakelen:
1. Verwijder de jumperdraad tussen klemmen 37 en 12 of 13. Het
doorsnijden of breken van de jumperdraad is niet voldoende om
kortsluiting te vermijden.
Jumper verwijderen
2. Sluit een extern beveiligings-/bewakingsrelais aan via een NO-
beveiligingsfunctie op klem 37 (STO) en klem 12 of 13, 24 V
DC.
Selecteer en pas de componenten in het
beveiligingsbesturingssysteem op passende wijze toe om het
gewenste niveau van operationele beveiliging te verkrijgen. Voer,
voordat u STO gaat integreren en gebruiken in een installatie, een
grondige risicoanalyse uit voor de installatie om te bepalen of de
STO-functionaliteits- en -beveiligingsniveaus passend en voldoende
zijn.
FC
12
37
STO-bedrading
Pos.
Beschrijving
1
Toets Reset
2
Beveiligingsrelais (categorie 3, PL d of SIL2)
3
Noodstopknop
Tegen kortsluiting beveiligde kabel als het product niet
4
binnen een IP54-behuizing is geïnstalleerd.
1
2
4
3
Advertenties
Inhoudsopgave
