Bediening
– Draai de contactschakelaar in stand "I".
– Schakel de werklampen in.
De onderste werklampen gaan branden.
De bovenste werklampen worden door de na-
deringsschakelaar ingeschakeld wanneer het
vorkenbord de vooraf ingestelde hoogte be-
reikt of overschrijdt.
De bovenste werklampen worden door de na-
deringsschakelaar uitgeschakeld wanneer het
vorkenbord weer onder de vooraf ingestelde
hoogte daalt.
LET OP
Bij een verkeerde afstelling van de naderingsschake-
laar kunnen er door botsingen componenten bescha-
digd raken.
– De naderingsschakelaar mag uitsluitend worden
afgesteld door daarvoor getraind personeel.
– Informeer indien nodig bij het geautoriseerde ser-
vicecentrum.
STILL SafetyLight (variant)
WAARSCHUWING
Gevaar van oogletsel door in de
STILL SafetyLight te kijken.
Kijk niet in de STILL SafetyLight.
De STILL SafetyLight is een visuele waar-
schuwingseenheid waarmee in rijomgevingen
met slecht zicht (zoals gangpaden, hoge stel-
lingen) en op onoverzichtelijke kruisingen
voertuigen vroegtijdig kunnen worden waarge-
nomen. De STILL SafetyLight is gemonteerd
op een steun aan het beschermdak, wat wil
zeggen dat schokken en trillingen geen effect
hebben. De STILL SafetyLight projecteert een
of meer lichtblauwe lichtpunten voor of achter
de machine en waarschuwt daardoor anderen
voor de naderende machine. Er worden meer-
dere lichtpunten als een looplicht geprojec-
teerd. Het looplicht geeft de locatie van de
machine en de rijrichting ervan aan.
Afhankelijk van de configuratie van de machi-
ne, wordt de STILL SafetyLight automatisch
57348011805 NL - 01/2022 - 06
4
Extra apparatuur
241