5
Een lokale printer delen
U kunt de printer rechtstreeks aansluiten op een geselecteerde
computer, die de hostcomputer op het netwerk wordt genoemd.
De volgende procedure geldt voor Windows XP. Zie de Windows-
gebruikershandleiding of on line Help voor andere Windows-
besturingssystemen.
O
:
PMERKINGEN
• Controleer welke besturingssystemen compatibel zijn met de printer.
Zie Compatibiliteit met besturingssysteem onder Printerspecificaties
in de printerhandleiding.
• U kunt de exacte naam van uw printer controleren op de bijgeleverde cd-rom.
Instellen als hostcomputer
1
Zet uw computer aan en wacht tot Windows is opgestart.
2
Selecteer in het menu Start de optie Printers en faxapparaten.
3
Dubbelklik op het pictogram van het printerstuurprogramma.
4
Selecteer Delen in het menu Printer.
5
Schakel het selectievakje Deze printer delen in.
6
Typ een naam in het veld Deelnaam en klik vervolgens op OK.
Instellen als clientcomputer
1
Klik met de rechtermuisknop op Start en selecteer Verkenner.
2
Klik in de linkerkolom op de netwerkmap zodat deze wordt geopend.
3
Klik vervolgens op de deelnaam.
4
Selecteer in het menu Start de optie Printers en faxapparaten.
5
Dubbelklik op het pictogram van het printerstuurprogramma.
6
Selecteer Eigenschappen in het menu Printer.
7
Klik op Poort toevoegen op het tabblad Poorten.
8
Selecteer Local Port en klik op Nieuwe poort.
9
Typ een deelnaam in het veld Geef een poortnaam op.
10
Klik achtereenvolgens op OK en Close.
11
Klik achtereenvolgens op Toepassen en OK.
15
Een lokale printer delen