5
Haal terwijl u de binnenklep openhoudt zorgvuldig het
vastgelopen papier uit de printer. De binnenklep gaat
vervolgens automatisch weer dicht.
O
: Raak de fixeereenheid in de printer niet aan. Ze is
PGEPAST
immers heet en kan brandwonden veroorzaken! De
werkingstemperatuur van de fixeereenheid bedraagt 180 °C.
Wees voorzichtig wanneer u papier uit de printer verwijdert.
6
Sluit de bovenklep. Zorg ervoor dat ze goed gesloten is.
7
Open en sluit de achter- of voorklep om door te gaan met
afdrukken.
Tips om papierstoringen te vermijden
De meeste papierstoringen zijn te vermijden als u de juiste
soort papier selecteert. Volg de stappen in "Vastgelopen
afdrukpapier verwijderen" op pagina 6.4 als het papier
vastloopt.
• Volg de procedures op pagina 3.2. Zorg ervoor dat de
papiergeleiders goed zijn ingesteld.
• Laad niet teveel papier in de lade.
• Verwijder het papier niet uit de lade tijdens het afdrukken.
• Buig het papier, waaier het uit en maak er een rechte stapel
van voordat u het in de lade plaatst.
• Gebruik geen gekreukeld, vochtig of gekruld papier.
• Plaats geen verschillende typen papier in de lade.
• Gebruik alleen aanbevolen afdrukmedia. Zie
"Papierspecificaties" op pagina 8.1.
• Plaats het papier in de lade met de afdrukzijde naar boven.
6.5
Problemen oplossen