Hoofdstuk 4. MODBUS Communicatie
4.1
Inleiding
De Sentinel LCT4 ondersteunt digitale communicatie via het MODBUS/RTU-protocol, met een 2-draadse RS-485 of
3-draadse RS-232C als de fysieke laag. De datasnelheid kan worden ingesteld van 4800 tot 19.200 bits per seconde
(bps), met instelbare pariteit, en aantal stopbits (standaard = 9600, Even, 1 stopbit)
4.2
MODBUS Communicatie instellen
1.
Voor instelling van de MODBUS Communicatie via het hoofdscherm gaat u met de pijltoetsen naar [CONFIG].
Kies Communication en druk op ENTER, kies Modbus en druk op ENTER.
2.
Adres: Als u het MODBUS-adres wilt veranderen, kiest u met de pijltoetsen Address en drukt u op [ENT]. Gebruik de
pijltoetsen om het adresnummer te veranderen. Druk op [ENT] om de wijziging op te slaan of druk op [ESC] of de
wijziging te annuleren. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG. Het toegestane adresbereik is 1 tot 255.
3.
Interface: Voor instelling van de interface vanuit het menu CONFIG kiest u Interface en drukt u op [ENT]. Er
verschijnen twee opties: RS232 en RS485. Gebruik de pijltoetsen om de gewenste interface te kiezen en druk op
[ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
4.
Woordvolgorde: Voor instelling van de woordvolgorde vanuit het menu CONFIG kiest u WordOrder en drukt u op
[ENT]. Er verschijnen twee opties: LowWordFirst [laag woord eerst] en HighWord First [hoog woord eerst]. Gebruik
de pijltoetsen om de gewenste volgorde te kiezen en druk op [ENT]. Het scherm keert terug naar het menu
CONFIG.
5.
Baudrate: Voor instelling van de baudrate vanuit het menu CONFIG kiest u Baud Rate en drukt u op [ENT]. Er
verschijnen drie opties: 4800, 9600 en 19200. Gebruik de pijltoetsen om de gewenste optie te kiezen en druk op
[ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
6.
Pariteit: Voor instelling van de pariteit vanuit het menu CONFIG kiest u Parity en drukt u op [ENT]. Er verschijnen
drie opties: None, Even en Odd [geen, even en oneven]. Gebruik de pijltoetsen om de gewenste optie te kiezen en
druk op [ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
7.
Volumetrisch: Voor instelling van de volumetrische meting vanuit het menu CONFIG kiest u Volumetric en drukt u
op [ENT]. Er verschijnen twaalf opties. Gebruik de pijltoetsen om het gewenste meettype te kiezen en druk op
[ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
8.
Totale eenheden: Voor instelling van de meting van de totale eenheden vanuit het menu CONFIG kiest u Total
Units en drukt u op [ENT]. Er verschijnen vier opties: M
om het gewenste meettype te kiezen en druk op [ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
9.
Standaard volumetrisch: Voor instelling van de standaard volumetrische meting vanuit het menu CONFIG kiest u
StdVolumetric en drukt u op [ENT]. Er verschijnen twaalf opties. Gebruik de pijltoetsen om het gewenste meettype
te kiezen en druk op [ENT]. Het scherm keert terug naar het menu CONFIG.
10. Standaard totale eenheden: Voor instelling van de meting van de standaard totale eenheden vanuit het menu
CONFIG kiest u StdTotal Units en drukt u op [ENT]. Er verschijnen vier opties: M
Gebruik de pijltoetsen om het gewenste meettype te kiezen en druk op [ENT]. Het scherm keert terug naar het
menu CONFIG.
De Modbus-communicatie is nu ingesteld en gebruiksklaar (raadpleeg
Sentinel™ LCT4 Handleiding
3
, Liters, Hectare-cm en Hectare-m. Gebruik de pijltoetsen
hieronder).
Hoofdstuk 4. MODBUS Communicatie
3
, Liters, Hectare-cm en Hectare-m.
65