Inhoudsopgave
Advertenties
Water (0-260°C)
Sea Water (zeewater)
Oil [olie] (22°C)
Crude Oil [ruwe olie]
5.
Druk op [ESC] tot het Fluid Type [vloeistoftype] venster opnieuw verschijnt.
3.7.2
Signaalparameters invoeren
OPGEPAST!
In het Signal submenu, stelt u de parameters in die van invloed zijn op het opnemersignaal:
• Toegestane fout
• Compensatiestatus (extra optie)
Volg de programmeringsinstructies aan de hand van
Toegang verkrijgen tot het submenu Signal:
1.
Druk op [ESC]. De Sentinel LCT4 opent het Gebruikersprogramma.
2.
Druk op de toets [] tot PROG tussen haakjes staat en druk op [ENT].
3.
Gebruik de toetsen [] en [] om naar Composite te gaan en druk op [ENT].
4.
Kies de keuzemogelijkheid Signal [signaal] en druk op [ENT].
5.
Kies Error Allowed [toegestane fout] en druk op [ENT]. Gebruik de pijltoetsen om de nieuwe waarde in te voeren
en druk ter bevestiging op [ENT].
6.
Als Dimensionale Compensatie een van de opties is, ziet u bij de volgende parameter Compensation Status
[compensatiestatus] de twee opties On [aan] of Off
U hebt u alle parameters in de Signal optie ingevoerd. Druk op [ESC] om terug te keren naar het PROG menu of blijf
op [ESC] drukken tot het displayscherm opnieuw verschijnt.
3.7.3
De invoerdatatoevoer instellen
In het submenu Inputs [ingangen] stelt u de status van de drie soorten ingangen in:
• Temperatuur
• Druk
• Dichtheid
Voor instelling van de gewenste invoeren, voert u de volgende stappen uit:
1.
In het menu COMPOSITE kiest u Inputs [ingangen] en drukt u op [ENT]. Op het volgende scherm ziet u drie
verschillende ingangen: Temperature [temperatuur], Pressure [druk] en Density [dichtheid].
2.
Kies de invoer die gewijzigd moet worden en druk op [ENT]. De invoerstatus wordt door twee opties beschreven:
Fixed [vast] of Active [actief].
Sentinel™ LCT4 Handleiding
Tabel 10: Voorgeprogrammeerde vloeistoftypes
Meeloopvensters uit
Lube Oil [smeerolie]
(X200)
Methanol (20°C)
Ethanol
LN2 (-199°C)
De standaardinstellingen voor SIGNAL zijn geschikt voor de meeste toepassingen.
Raadpleeg de fabriek voordat u deze instellingen verandert.
COMPOSITE
[ENT]
Freon (R-12)
Diesel
Gasoline [benzine]
.
Kies de gewenste optie en druk op [ENT].
Hoofdstuk 3. Algemene programmering
Meeloopvensters aan
Water (0-100°C)
Water (0-260°C)
Oil (olie)
LNG
57
Advertenties
Inhoudsopgave
