Opmerking
Gebruik geen papier met een briefhoofd dat is gedrukt met inkt voor lage temperaturen, zoals
bijvoorbeeld wordt gebruikt in bepaalde thermografische toepassingen.
Opmerking
Gebruik geen papier met briefhoofd in reliëfdruk.
Opmerking
De printer gebruikt warmte en druk om de toner op het papier te smelten. Gebruik alleen gekleurd
papier of voorgedrukte formulieren met inkt die compatibel is met de temperatuur van de printer
(200° C gedurende 0,1 seconde).
Algemene problemen met afdrukmateriaal
Probleem met het
apparaat
Slechte afdrukkwaliteit of toner
hecht niet goed, problemen
met de invoer.
Weggevallen plekken,
papierstoringen of omkrullend
papier.
Toenemende arcering met
grijze achtergrond.
Papier krult om of problemen
met de invoer.
Papierstoring of schade aan
printer.
Problemen met de
papierinvoer.
Etiketten
Let bij het kiezen van etiketten op de volgende kwaliteitsaspecten.
NLWW
Kleefmiddel: Het kleefmiddel moet stabiel zijn bij een temperatuur van 200° C (392° F), de
maximumtemperatuur voor de printer.
Indeling van etiketvel: Gebruik geen etiketten die met tussenruimten op het grondpapier zijn
aangebracht. Als u etiketbladen gebruikt met ruimte tussen de etiketten, kunnen de etiketten
tijdens het afdrukken loslaten. Dit veroorzaakt ernstige storingen.
Krullen: Zorg dat de etiketten plat liggen en niet meer dan 13 mm (0,5 inch) omkrullen.
Afwijkingen: Gebruik geen etiketten met kreukels, lucht onder het etiket of andere
verschijnselen waaruit blijkt dat het etiket van het grondpapier heeft losgelaten of los kan
raken. Gebruik nooit etiketten die al een keer zijn afgedrukt.
Probleem met het papier
Te vochtig, te ruw, te glad of voorzien
van reliëfopdruk.
Slechte partij papier
Onjuist bewaard.
Papier mogelijk te zwaar.
Te vochtig, verkeerde vezelrichting of
te korte vezel.
Gaten in het papier of perforaties.
Onregelmatige randen.
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal 143
Oplossing
Probeer een ander soort papier,
tussen 100-250 Sheffield, 4-6%
vochtgehalte.
Het papier liggend bewaren in het
vochtwerende verpakkingsmateriaal.
Gebruik lichter papier.
Gebruik papier met een lange vezel.
Gebruik de rechte papierbaan.
Gebruik geen papier waaruit delen
zijn weggeknipt of dat is
geperforeerd.
Gebruik papier van goede kwaliteit.