Het apparaat reinigen
Als er zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit of als u
uw apparaat in een stofrijke omgeving gebruikt, moet u uw
apparaat regelmatig schoonmaken om de beste afdrukkwaliteit
te blijven garanderen en de gebruiksduur van uw apparaat te
verlengen.
• Als u de behuizing van het apparaat reinigt met
reinigingsmiddelen die veel alcohol, oplosmiddelen of
andere agressieve substanties bevatten, kan de
behuizing verkleuren of vervormen.
• Als er toner in het apparaat of in de directe omgeving
ervan is terecht gekomen, raden wij u aan om de toner
te verwijderen met een zachte, met water bevochtigde
doek of tissue. Als u een stofzuiger gebruikt, wordt de
toner in de lucht geblazen. Dit kan schadelijk voor u
zijn.
2
De buitenkant reinigen
Maak het apparaat aan de buitenkant schoon met een zachte,
pluisvrije doek. U kunt de doek enigszins bevochtigen met water,
maar let erop dat er geen water op of in het apparaat
terechtkomt.
3
De binnenkant reinigen
Tijdens het afdrukken kunnen zich in het apparaat papierresten,
toner en stof verzamelen. Dit kan op een gegeven moment
problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken, zoals
tonervlekken of vegen. Deze problemen kunnen worden
gereduceerd en verholpen door de binnenkant van het apparaat
te reinigen.
1
Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het
stopcontact. Wacht totdat het apparaat is afgekoeld.
2
Open de klep aan de voorkant en verwijder de
tonercassette. Plaats de tonercassette op een schoon,
horizontaal oppervlak.
3
3. Onderhoud
101