1 - INLEIDING
Als er een lek is ontstaan of als het koudemiddel verontreinigd
is (bijv. door een kortsluiting in een motor), verwijder dan de
complete vulling met behulp van een teugwinunit en bewaar het
koudemiddel in draagbare vaten.
Repareer het gedetecteerde lek en vul de totale R-134A
koudemiddelvulling bij zoals aangegeven op de kenplaat van de
unit. Bepaalde onderdelen van het circuit kunnen zijn geïsoleerd.
Vloeibaar koudemiddel R-134A mag alleen via de vloeistofleiding
worden bijgevuld.
Zorg ervoor dat u het juiste type koudemiddel gebruikt voor
het opnieuw vullen van het apparaat.
Het aanvullen van een ander koudemiddel dan het
oorspronkelijke type (R-134A) zal de werking van de machine
schaden en kan zelfs leiden tot vernieling van de
compressoren. De compressoren die werken met dit type
koudemiddel worden gesmeerd met een synthetische
polyolesterolie.
EXPLOSIEGEVAAR:
Gebruik nooit zuurstof om leidingen te ontluchten of om
een machine om welke reden ook onder druk te zetten.
Zuurstofgas reageert heftig met olie, vet en andere veel
voorkomende stoffen.
Overschrijd nooit de opgegeven maximum bedrijfsdrukken.
Controleer de maximum toelaatbare hoge en lage
testdrukken door de instructies in deze handleiding te
bekijken en de drukken die op de kenplaat van de unit staan.
Gebruik geen lucht om op lekkages te testen. Gebruik
hiervoor uitsluitend koudemiddel of droge stikstof.
Een koudemiddelleiding of vat mag nooit worden gelast of
doorgebrand voordat alle koudemiddel (vloeistof en damp)
uit de machine is verwijderd. Dampsporen moeten worden
verwijderd met droge stikstof. Wanneer koudemiddel in
contact komt met open vuur ontstaan er giftige gassen.
Op de opstellingsplaats moet de nodige beveiligingsapparatuur
beschikbaar zijn en moet brandblusapparatuur voor het
systeem en het gebruikte type koudemiddel binnen
handbereik zijn.
Koudemiddel mag niet worden overgeheveld.
Vermijd dat koudemiddel in contact komt met de huid en
ogen. Draag een veiligheidsbril. Krijgt u toch koudemiddel
op de huid, was dit dan direct af met water en zeep. Als er
koudemiddel in de ogen komt dan moeten de ogen
onmiddellijk gespoeld worden met water. Raadpleeg direct
een arts.
De onbedoelde uitstoot van het koudemiddel als gevolg van
kleine lekkages of significante lozingen bij een breuk van
een pijp of een onverwachte vrijlating uit een overdrukventiel,
kan bevriezingsverschijnselen en brandwonden bij het
personeel veroorzaken. Negeer dergelijke verwondingen
niet. Installateurs, eigenaren en vooral servicetechnici voor
deze units moeten:
Een arts raadplegen voor de behandeling van dergelijke
verwondingen.
Toegang hebben tot een EHBO-kit, in het bijzonder voor de
behandeling van verwondingen aan de ogen.
Wij adviseren de toepassing van norm EN 378-3 bijlage 3.
Gebruik nooit vuur of stoom om een koudemiddelcilinder
te verwarmen. Er kan dan gevaarlijke overdruk ontstaan.
Als koudemiddel moet worden verwarmd, gebruik hiervoor
dan alleen warm water.
Bij het verwijderen en opslaan van koudemiddel moeten de van
toepassing zijnde voorschriften worden gevolgd. Deze
voorschriften voor het conditioneren en terugwinnen van HFK's
onder optimale kwaliteitscondities voor de producten en optimale
veiligheidscondities voor personen, goederen en het milieu
worden beschreven in norm NF E29-795.
Afpompen en terugwinnen van koudemiddel moet worden
uitgevoerd met gebruik van een terugwinunit. Een 3/8" SAE-
connector op de handmatige vloeistofleidingklep wordt
meegeleverd met alle units voor aansluiting op de pompunit. Het
is niet toegestaan modificaties aan de unit uit te voeren om
aftap- en bijvulaansluitingen voor koudemiddel en olie toe te
voegen. Al deze inrichtingen worden met de units meegeleverd.
Zie de officiële maatschetsen van de units. Wegwerpcilinders
(voor eenmalig gebruik) mogen nooit worden hergebruikt of
opnieuw gevuld. Wanneer de cilinders leeg zijn, evacueer de
resterende gasdruk en breng de cilinders naar de aangewezen
plaats waar ze worden hergebruikt. Niet verbranden!
G e b r u i k a l l e e n k o u d e m i d d e l R 1 3 4 a , i n
overeenstemming met AHRI 700-2014 (Air
conditioning, Heating and Refrigeration Institute).
Het gebruik van andere producten is kan gebruikers
blootstellen aan onverwachte risico's.
Verwijder nooit onderdelen of hulpstukken van het
koudemiddelcircuit terwijl de machine onder druk of in
werking is. Zorg dat de overdruk op 0 kPa ligt alvorens
onderdelen te verwijderen of een circuit te openen.
Probeer niet om ontlastkleppen te repareren wanneer
corrosie of vervuiling (roest, vuil, schilfers etc.) in het
klephuis of het mechanisme is aangetroffen. Vervang het
onderdeel indien nodig. Monteer ontlastkleppen niet in serie
of achterstevoren.
Over de unit, of delen ervan, mag niet worden
gelopen. Ook mogen er gaan zware voorwerpen op
worden geplaatst. Onderdelen en leidingwerk
moeten regelmatig worden gecontroleerd en indien
nodig gerepareerd of vervangen.
De koelleidingen kunnen breken onder het gewicht waardoor
koudemiddel vrijkomt, wat leidt tot persoonlijk letsel.
Klim niet op een machine. Gebruik een platform of steiger
voor werk op hoogte.
Gebruik hulpmiddelen (kraan, takel, lift enz.) bij het
transporteren, hijsen en plaatsen van zware onderdelen.
Gebruik deze hulpmiddelen ook als er gevaar bestaat dat u
uitglijdt of uw evenwicht verliest, zelfs wanneer onderdelen
licht zijn.
Gebruik voor het repareren of vervangen van onderdelen
alleen originele reserveonderdelen. Raadpleeg de
onderdelenlijst die overeenkomt met de voorschriften van
de originele apparatuur.
Laat watercircuits met industriële brijn niet leeglopen zonder
eerst de plaatselijke technische dienst of bevoegde instantie
te informeren.
Sluit de waterintrede- en -uittredeafsluiters en tap het
watercircuit van de unit af alvorens werkzaamheden aan de
onderdelen in het circuit uit te voeren (gaasfilter, pomp,
debietschakelaar, enzovoort).
Draai de bouten van het waterreservoir pas los als de
waterreservoirs volledig zijn leeggelopen.
Controleer regelmatig alle kleppen, hulpstukken en leidingen
van koudemiddelcircuits en waterzijdige circuits op corrosie
en lekkage.
D r a a g g e h o o r b e s c h e r m e r s b i j h e t u i t v o e r e n v a n
werkzaamheden in de buurt van een draaiend apparaat.
NL-7
HYDROCIAT™ LW ST/HE