Advertenties
bediening brandt, dan is de vloeistof in het reservoir voor de hoofdremci-
linder te laag. Voeg remvloeistof toe en controleer op eventuele lekkages.
Het reservoir bevindt zich onder het rempedaal en de vloerplaat. Zie
Figuur 23. Maak het gebied rondom de vuldop schoon, zodat er geen vuil
in het reservoir kan komen.
Controleer de werking van de bedrijfsremmen. Druk het rempedaal in. De
remmen moeten al werken voordat het pedaal de vloer bereikt. Het
pedaal moet stevig stoppen en mag niet langzaam verder zakken als de
remmen worden ingedrukt. De remmen moeten beide voorwielen gelijk-
matig bedienen, zonder dat de heftruck merkbaar naar één kant trekt.
Automatische parkeerrem
Op het display bevindt zich een indicatorpictogram voor de automatische
parkeerrem (APB). Het pictogram wordt weergegeven zoals beschreven
in het hoofdstuk Modelbeschrijving van deze handleiding. Als de auto-
matische parkeerrem niet wordt ingeschakeld en de bestuurder verlaat
zijn stoel of zet de contactsleutel of -schakelaar in de stand UIT, klinkt er
gedurende zestig seconden een alarm. Dit geldt alleen bij handbediende
parkeerremmen en niet bij de optie parkeerrem met stoelactivering. Zet de
heftruck ALTIJD op de parkeerrem als u uw zitplaats verlaat.
Zorg eerst dat de bedrijfsremmen naar behoren werken, voordat u de
werking van de automatische parkeerrem controleert. Controleer de werk-
ing van de automatische parkeerrem. De heftruck kan, mits de automati-
sche parkeerrem in een goede staat verkeert en goed is afgesteld, met
een maximale last op een helling van 15% [een helling met een hoogte-
verschil van 1,5 m in 10 m (1,5 ft in 10 ft)] stil blijven staan. Als de par-
keerrem afgesteld moet worden, dient u contact op te nemen met het
onderhoudspersoneel.
Bestuurdersaanwezigheidssysteem
Controleer de werking van het chauffeursaanwezigheidssysteem (OPS).
Zet de voeding naar de vorkheftruck AAN terwijl u op de stoel zit. Wan-
neer de voeding naar de vorkheftruck AAN is, moet u opstaan uit de stoel.
Als het OPS goed werkt, schakelt een schakelaar in de chauffeursstoel
automatisch alle hydraulische en elektrische functies uit, zodat de vork-
heftruck niet vooruit of achteruit kan rijden wanneer de chauffeur niet op
de stoel zit. Als de vorkheftruck vooruit en achteruit kan rijden of als de
hydraulische functies werken terwijl de chauffeur niet op de stoel zit, werkt
het OPS-systeem niet goed. Zie het hoofdstuk Elektrisch systeem 2200
YRM 1337 voor het repareren of vervangen van de stoelschakelaar van
het OPS-systeem. Zie het hoofdstuk Bedieningsprocedures voor meer
informatie over de werking van het OPS.
Deze heftruck kan uitgerust zijn met een optioneel bestuurderaanwezig-
heidssysteem waardoor de heftruck niet kan rijden tenzij de veiligheids-
gordel vast is. Indien de heftruck hiermee is uitgerust, bevat de
veiligheidsgordelinterlock volgordebepaling/-logica voor de stoeldrukscha-
kelaar en veiligheidsgordelschakelaar. Het gewicht van de bestuurder
moet gedetecteerd worden voordat de gordelschakelaar wordt ingescha-
keld om de werkzaamheden mogelijk te maken.
Olielekkages
Controleer het hydraulische systeem, de stuurinrichting, het remsysteem
en het differentieel op lekkages.
Onderhoud
183
Advertenties
