Uw camcorder aanpassen
FILMINST.CAMERA
De standaardinstellingen worden aangeduid met .
OPNAMESTAND (Opnamestand)
Procedure
(HOME)
(INSTELLINGEN)
gewenste instelling
U kunt kiezen uit 3 kwaliteitsniveaus voor de opnamestand voor films.
HQ (
)
SP (
)
LP (
)
Opmerkingen
Als u opneemt in de LP-stand, kan de kwaliteit van films afnemen of kunnen scènes met snelle
bewegingen worden weergegeven met blokruis wanneer u het beeld afspeelt.
Tips
Zie pagina 91 voor meer informatie over de verwachte opnameduur in elke opnamestand.
U kunt de [OPNAMESTAND] voor elk opnamemedium apart instellen.
Cijfers zoals 9M in de tabel geven de gemiddelde bitsnelheid aan. M staat voor Mbps.
BR.BLD.SEL.
U kunt de breedte-/hoogteverhouding selecteren op basis van de aangesloten televisie.
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van de televisie.
Procedure
(HOME)
(INSTELLINGEN)
gewenste instelling
16:9 BREED
4:3 (
)
Opmerkingen
Stel [TV-TYPE] in op basis van de televisie die is aangesloten voor het afspelen (p. 72).
(Items voor het opnemen van films)
[FILMINST.CAMERA]
Opnemen met hoge kwaliteit (9M (HQ)).
Opnemen met standaardkwaliteit (6M (SP)).
De opnameduur verlengen (Long Play) (3M (LP)).
[FILMINST.CAMERA]
Films voor het volledige scherm van een 16:9-televisie (breedbeeld)
opnemen.
Films voor het volledige scherm van een 4:3-televisie opnemen.
[OPNAMESTAND]
[BR.BLD.SEL.]
de
de