In de buurt van sterke radiogolven of
straling. De camcorder kan wellicht niet goed
opnemen.
In de buurt van AM-radio-ontvangers en
videoapparatuur. Er kan ruis optreden.
Op zandstranden en in stoffige omgevingen.
Zand en stof kunnen storingen in de
camcorder veroorzaken. Soms kunnen deze
storingen niet meer worden hersteld.
Bij ramen of locaties buitenshuis waar het
LCD-scherm of de lens aan direct zonlicht
wordt blootgesteld. Hierdoor wordt het LCD-
scherm beschadigd.
Gebruik de camcorder op 6,8 V/7,2 V
gelijkstroom (accu) of 8,4 V gelijkstroom
(netspanningsadapter).
Gebruik voor werking op gelijkstroom of
wisselstroom alleen de accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden vermeld.
Zorg dat de camcorder niet nat wordt,
bijvoorbeeld door regen of zeewater. Als de
camcorder nat wordt, kunnen er storingen
optreden. Soms kunnen deze storingen niet
meer worden hersteld.
Als er een voorwerp of vloeistof in de behuizing
van de camcorder terechtkomt, moet u de
camcorder loskoppelen van het stopcontact en
de camcorder eerst door een Sony-handelaar
laten nakijken voordat u de camcorder weer
gebruikt.
Vermijd ruwe behandeling, demontage,
aanpassing en schokken door op het apparaat
te slaan, het te laten vallen of erop te trappen.
Wees vooral voorzichtig met de lens.
Houd het LCD-scherm gesloten wanneer u de
camcorder niet gebruikt.
Wikkel de camcorder tijdens gebruik nooit in
textiel, zoals een handdoek. De binnenkant van
de camcorder kan hierdoor ernstig oververhit
raken.
Als u het netsnoer loskoppelt, moet u aan de
stekker en niet aan het snoer trekken.
Beschadig het netsnoer niet door er een zwaar
voorwerp op te plaatsen.
Gebruik geen vervormde of beschadigde accu.
Houd de metalen contactpunten goed schoon.
Als er elektrolytische vloeistof uit de accu is
gelekt:
Neem contact op met een plaatselijke, door
Sony erkende onderhoudsdienst.
Spoel vloeistof af die op uw huid is
terechtgekomen.
Als er vloeistof in uw ogen is gekomen, wast
u uw ogen met veel water en raadpleegt u zo
snel mogelijk een arts.
Wanneer u de camcorder langere tijd
niet gebruikt
Om uw camcorder lange tijd in optimale
conditie te houden, schakelt u deze ongeveer
één keer per maand in en neemt u een aantal
beelden op en speelt u een aantal beelden af.
Ontlaad de accu volledig voordat u deze
opbergt.
Condensvorming
Als de camcorder rechtstreeks van een koude in
een warme omgeving wordt gebracht, kan vocht
condenseren in de camcorder. Dit kan een storing
in de camcorder veroorzaken.
Als er condensvorming is opgetreden
Schakel de camcorder uit en laat deze ongeveer
1 uur liggen.
Opmerking over condensvorming
Er kan vocht in de camcorder condenseren
wanneer u de camcorder van een koude
omgeving naar een warme omgeving brengt (of
omgekeerd) of wanneer u de camcorder in een
vochtige omgeving gebruikt, zoals hieronder
wordt beschreven:
U neemt de camcorder mee van een skipiste
naar een verwarmde ruimte.
U neemt de camcorder op een hete zomerdag
vanuit een koele ruimte of een auto met
airconditioning mee naar buiten.
U gebruikt de camcorder onmiddellijk na een
regenbui.
U gebruikt de camcorder op een warme en
vochtige plaats.
Condensvorming voorkomen
Voordat u de camcorder van een koude
omgeving naar een warme omgeving brengt,
plaatst u de camcorder eerst in een plastic
zak die u goed (luchtdicht) afsluit. Haal de
camcorder pas uit de plastic zak wanneer de
lucht in de zak dezelfde temperatuur heeft als de
omringende warme lucht (na ongeveer 1 uur).
100