Bedieningselementen en controlelampjes
CHOKE
Alleen benzinevoertuigen
De choke bevindt zich op het voorpaneel van de bank, onder en links van de linkerknie van de bestuurder
(Figuur 13). Indien het voertuig bij koude temperaturen moeilijk start, drukt u op de chokeknop om de choke in wer-
king te stellen. Houd de knop tijdens het starten ingedrukt en laat deze los wanneer de motor start en vlot draait.
1
2
Figuur 13 Choke
Figuur 14 Waarschuwingslampje oliepeil
en koplampschakelaar
WAARSCHUWINGSLAMPJE OLIEPEIL
Alleen benzinevoertuigen
De golfwagen met benzinemotor heeft op het dashboard, net rechts van het contactslot, een waarschuwings-
lampje (1) voor het oliepeil (Figuur 14). Indien het waarschuwingslampje brandt, moet u de olie controleren en
zo nodig olie bijvullen voor u het voertuig verder gebruikt. Er mag niet met het voertuig worden gereden wanneer
het waarschuwingslampje constant brandt. Als het lampje aan en uit gaat, mag u blijven rijden maar moet u zo
snel mogelijk olie bijvullen. Als het oliepeil correct is, maar het waarschuwingslampje blijft branden, laat u het
voertuig dan nakijken door een getrainde monteur. Zie volgende VOORZICHTIG.
VOORZICHTIG
• Als het waarschuwingslampje oliepeil blijft branden, moet u onmiddellijk olie bijvullen, anders kunt
u de motor voorgoed beschadigen.
BEDIENING VAN DE KOPLAMPEN
De bedieningsknop voor de koplampen (2) bevindt zich links van het contactslot op het dashboard (Figuur 14). Trek
de knop uit om de lampen te doen branden en duw de knop in om ze te doven. De koplampen werken op 12-volt
gelijkstroom, geleverd door de accu. Zie volgende OPMERKING.
OPMERKING: Als de koplampen langdurig branden zonder dat de motor draait, of als de motor stationair draait,
wordt de accu ontladen.
Handleiding voor de eigenaar van een Carryall 232-voertuig, model 2006
Pagina 19