Beeldstabilisator
Beeldstabilisator
Gebruik de beeldstabilisator om camcordertrillingen te compenseren,
zodat uw opnamen stabieler worden. Er zijn 3 methoden om het beeld
52
te stabiliseren; selecteer de methode die het best tegemoetkomt aan
uw wensen.
Dynamic IS P: Dynamic IS biedt compensatie voor een hogere mate
van camcordertrilling, bijvoorbeeld als u opneemt terwijl u loopt,
en is effectiever als de zoom de maximale groothoek nadert.
Standard IS O: Standard IS biedt compensatie voor een lagere mate van camcordertrilling, bijvoorbeeld als
u opneemt terwijl u stilstaat, en is geschikt voor het opnemen van natuurlijk ogende scènes.
Powered IS Q: Powered IS is uiterst effectief als u stilstaat en inzoomt op verafgelegen onderwerpen met
gebruik van hoge zoomverhoudingen (hoe meer u het telefoto-uiteinde nadert). Deze stand is niet geschikt voor
verticaal draaien (tilten) en horizontaal draaien (pannen) van de camcorder.
Dynamic IS en Standard IS worden geactiveerd met gebruik van het cameramenu. Powered IS wordt
geactiveerd met een toewijzingsknop.
Dynamic IS of Standard IS activeren
Bedieningsstanden:
1 Open het submenu [OIS Functions].
[l Camera Setup]
2 Selecteer [Img Stab.] en druk vervolgens op SET.
• Selecteer [Off] als u de beeldstabilisatie wilt uitschakelen.
3 Open het submenu [Image Stabilizer].
[l Camera Setup]
4 Selecteer [Dynamic] of [Standard] en druk vervolgens op SET.
• Het pictogram van de geselecteerde stand verschijnt aan de onderzijde van het scherm.
Powered IS activeren
Standaard is toewijzingsknop 1 toegewezen aan [Powered IS]. Druk op de
knop om Powered IS te activeren. Het Powered IS-pictogram (Q)
verschijnt aan de onderzijde van het scherm.
OPMERKINGEN
• Als u een toewijzingsknop toewijst aan [Img Stab.] (0 94), dan kunt
u op de knop drukken om de geselecteerde beeldstabilisatiemethode
in of uit te schakelen.
• Indien de mate van camcordertrilling te hoog is, dan is de
beeldstabilisator mogelijk niet in staat om dit volledig te compenseren.
• Als u de stand [Dynamic] gebruikt, dan heeft dit mogelijk een nadelige
invloed op de randen van het beeld (bijvoorbeeld schijnbeelden,
artefacten en donkere gebieden) als een hoge mate van camcordertrilling moet worden gecompenseerd.
• Als de camcorder aangesloten is op een statief, schakel de beeldstabilisatie dan uit.
• U kunt Powered IS zelfs activeren wanneer de beeldstabilisatie uitgeschakeld is.
[OIS Functions]
[Image Stabilizer]
[l Camera Setup]
[OIS Functions]
[Img Stab.]