Opties
[Face Pri.]8:
Hiermee wordt de camcorder ingesteld op autofocus met prioriteit voor gezicht. Als de camcorder
het gezicht van het onderwerp herkent, wordt door de camcorder op het gezicht scherp gesteld en
wordt dit door de camcorder gevolgd. Als geen gezicht wordt herkend, dan stelt de camcorder
scherp op het onderwerp in het midden van het scherm.
[Face Only]9: Als de camcorder het gezicht van het onderwerp herkent, wordt door de camcorder op het gezicht
scherp gesteld en wordt dit door de camcorder gevolgd. Wanneer geen gezicht wordt herkend,
dan wordt de camcorder - anders dan bij de instelling [Face Pri.] - ingesteld op handmatige
scherpstelling.
[Off]:
Gebruik deze instelling als u geen gebruik wilt maken van [Face AF].
OPMERKINGEN
• Het kan voorkomen dat de camcorder per abuis gezichten detecteert van niet-menselijke onderwerpen.
Schakel in dat geval de gezichtsdetectiefunctie uit.
• In bepaalde gevallen kan het gebeuren dat gezichten niet correct worden gedetecteerd. Typische voorbeelden
hiervan zijn:
- Gezichten die in relatie tot het algehele beeld extreem klein, groot, donker of helder zijn.
- Gezichten die zijwaarts zijn gericht, in een diagonaal staan of gedeeltelijk verborgen zijn.
• Gezichtsdetectie kunt u niet gebruiken in de volgende gevallen:
- Als de gebruikte sluitertijd langer is dan 1/25.
- Als u in slow motion of versneld opneemt en de beeldsnelheid voor het maken van opnamen is ingesteld op
minder dan 24P.
- Als [J Other Functions]
[Off].
- Als de infraroodstand ingeschakeld is.
• Wanneer het gezicht van een onderwerp wordt herkend, dan voegt de camcorder een gebeurtenismarkering
aan dat beeldje toe. U kunt de software Canon XF Utility gebruiken om naar gebeurtenismarkeringen in een
clip te zoeken.
• Als u een toewijzingsknop toewijst aan [Face AF] (0 94) of de CUSTOM-knop/wielcombinatie instelt op
[Face AF] (0 46), dan kunt u op de knop drukken om te wisselen tussen [Face Pri.], [Face Only] en [Off].
Scherpstellingslimiet en macro-opnamen
Standaard is het scherpstellingsbereik van de camcorder zo ingesteld dat
u macro-opnamen kunt maken. U kunt de scherpstellingslimiet activeren
om het scherpstellingsbereik te begrenzen. Het scherpstelbereik van 2 cm
(bij maximale groothoek) tot en met f wordt dan beperkt tot 60 cm t/m
f (in het gehele zoombereik).
1 Open het submenu [Focus Limit].
[l Camera Setup]
2 Selecteer [On] en druk vervolgens op SET.
• Selecteer [Off] als u macro-opnamen wilt kunnen maken.
OPMERKINGEN
• Als u een toewijzingsknop toewijst aan [Focus Limit] (0 94), kunt u op de betreffende knop drukken om
de scherpstellingslimiet te activeren.
[Custom Function]
[Focus Limit]
[Scan Reverse Rec] op een andere optie is ingesteld dan
Scherpstelling
[l Camera Setup]
[Focus Limit]
[Off]
51