Problemen oplossen
Audio wordt opgenomen op een extreem laag niveau.
- De audioniveauschakelaar is ingesteld op M, en het opnameniveau is te laag ingesteld. Controleer de
audioniveaumeter op het LCD-scherm en stel het audioniveau correct in (0 78).
- De microfoondemper is ingeschakeld. Zet de microfoondemper van de ingebouwde of externe microfoon uit (0 75).
Het geluid is vervormd of wordt opgenomen op een lager niveau.
160
- Als u opnamen maakt bij harde geluiden (zoals vuurwerk, shows of concerten), kan het geluid vervormd raken of wordt
het geluid mogelijk niet op het feitelijke niveau opgenomen. Activeer de microfoondemper van de ingebouwde of
externe microfoon (0 75), of stel het audio-opnameniveau handmatig bij.
Het beeld wordt correct weergegeven maar de ingebouwde luidspreker produceert geen geluid.
- Het luidsprekervolume staat uit. Wijzig het volume (0 112).
- Als op de camcorder een hoofdtelefoon aangesloten is, verwijder deze dan.
Opnamemedia en accessoires
Ik kan geen opnamemedium plaatsen.
- De CF-kaart of SD-kaart die u in de camcorder probeert te plaatsen, houdt u verkeerd om vast. Draai de kaart om
en plaats deze in de camcorder.
Ik kan geen opnamen maken op de CF-kaart.
- U moet een compatibele CF-kaart gebruiken (0 34).
- Initialiseer de CF-kaart (0 36) als u deze voor de eerste keer met de camcorder gebruikt.
- De CF-kaart is vol of bevat al het maximale aantal clips (999 clips). Verwijder een aantal clips (0 117) om ruimte vrij
te maken of vervang de CF-kaart.
Ik kan geen opnamen maken op de SD-kaart.
- Initialiseer de SD-kaart (0 36) als u deze voor de eerste keer met de camcorder gebruikt.
- De LOCK-schakelaar op de SD-kaart staat zo ingesteld dat gegevens op de kaart niet per abuis kunnen worden
gewist. Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar.
- De SD-kaart is vol. Verwijder een aantal foto's (0 135) om ruimte vrij te maken of vervang de SD-kaart.
- De map- en bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt. Zet de optie [Other Functions]
[Photo Numbering] op [Reset] en plaats een nieuwe SD-kaart.
Opnemen en afspelen op een CF-kaart verloopt traag.
- Dit kan zich voordoen als in de loop der tijd veel video-opnamen worden gemaakt en verwijderd. Sla uw clips op
uw computer op (0 128) en initialiseer de CF-kaart (0 36).
Opnemen en afspelen op een SD-kaart verloopt traag.
- Dit kan zich voordoen als in de loop der tijd veel foto's worden gemaakt en verwijderd. Sla uw foto's op uw computer
op en initialiseer de SD-kaart (0 36).
De draadloze afstandsbediening werkt niet.
- Zet [Other Functions]
- Vervang de batterij van de draadloze afstandsbediening.
Aansluiten van externe apparaten
Op een nabij TV-scherm verschijnt videoruis.
- Gebruikt u de camcorder in een kamer waar een tv staat, houd dan voldoende afstand aan tussen de netadapter en
het netsnoer of de antennekabels van de tv.
De camcorder geeft een goede weergave maar er is geen beeld op een externe monitor.
- De camcorder is niet op de juiste wijze op de externe monitor aangesloten. Zorg ervoor dat u de juiste aansluiting
gebruikt (0 123).
- De video-ingang op de externe monitor is niet afgestemd op het videoaansluitpunt waarop u de camcorder hebt
aangesloten. Selecteer de juiste video-ingang.
De externe monitor geeft geen geluid.
- Als u de camcorder aansluit op een externe monitor via de Component-kabel CTC-100/S, zorg er dan voor dat u ook
de audio-aansluitingen verricht met de witte en rode stekkers van de optionele stereovideokabel STV-250N.
De camcorder is aangesloten via een commercieel verkrijgbare HDMI-kabel, maar de externe monitor geeft geen
beeld en geen geluid.
- Verwijder de HDMI-kabel en herstel vervolgens de verbinding of zet de camcorder uit en weer aan.
De computer herkent de camcorder niet, hoewel de camcorder correct aangesloten is.
- Verwijder de USB-kabel en zet de camcorder uit. Zet na korte tijd de camcorder weer aan en herstel de verbinding.
- Sluit de camcorder aan op een andere USB-poort van de computer.
[Wireless Controller] op [On].