Waarschuwingen
De onderstaande waarschuwingen betreffen de installatie, het gebruik, de aarding, het onderhoud en de reparatie van deze
apparatuur. Het uitroepteken verwijst naar een algemene waarschuwing en het gevaarsymbool verwijst naar procedurespecifieke
risico's. Als u deze symbolen in de handleiding of op de waarschuwingslabels ziet, raadpleeg dan deze Waarschuwingen.
Productspecifieke gevaarsymbolen en waarschuwingen die niet in dit hoofdstuk worden beschreven, kunnen in de gehele
handleiding waar deze van toepassing zijn worden weergegeven.
GEVAAR VOOR ERNSTIGE ELEKTRISCHE SCHOKKEN
Deze apparatuur kan met een spanning van meer dan 240 V worden gevoed. Deze spanning kan bij contact
dodelijk of ernstig letsel veroorzaken.
•
Zet het apparaat uit via de ingebouwde scheidingsschakelaar en haal de stekker uit het stopcontact
voordat u kabels ontkoppelt, onderhoud aan de apparatuur uitvoert of apparatuur installeert.
•
Deze apparatuur moet worden geaard. Het mag alleen op een geaarde krachtbron worden aangesloten.
•
Alle elektrische bedrading moet worden verzorgd door een gediplomeerd elektricien en aan alle ter plaatse
geldende verordeningen en regelgeving voldoen.
WAARSCHUWING
GEVAAR VAN GIFTIGE MATERIALEN OF DAMPEN
Giftige vloeistoffen of dampen kunnen ernstig of zelfs dodelijk letsel veroorzaken als deze in de ogen of op
de huid spatten, of ingeademd of ingeslikt worden.
•
Op het veiligheidsgegevensblad (SDS) staat hoe u moet omgaan met de vloeistoffen die u gaat gebruiken,
de specifieke gevaren daarvan en de gevolgen van langdurige blootstelling.
•
Tijdens het spuiten, het onderhouden van apparatuur en bij elke aanwezigheid in het werkgebied moet
het werkgebied altijd goed worden geventileerd. Alle daar aanwezige personen moeten geschikte PBM
(persoonlijke beschermingsmiddelen) dragen. Zie de waarschuwingen in deze handleiding betreffende
PBM (persoonlijke beschermingsmiddelen).
•
Bewaar gevaarlijke vloeistof in goedgekeurde containers en voer ze af conform alle geldende richtlijnen.
PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN
Draag altijd geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en bedek alle huid bij het spuiten, bij het
onderhouden van de apparatuur of als u in het werkgebied bent. Beschermingsuitrusting helpt ernstig
letsel te voorkomen, waaronder langdurige blootstelling; inademing van giftige rook, nevel of dampen;
en allergische reacties; brandwonden; oogletsel en gehoorverlies. Deze beschermingsmiddelen bestaan
onder andere uit:
•
Een goed passend ademhalingsfilter, eventueel met luchttoevoer, chemisch ondoordringbare
handschoenen, beschermende kleding en voetafdekking zoals aanbevolen door de fabrikant
van de vloeistof en de regelgevende autoriteit ter plekke.
•
Gezichts- en gehoorbescherming
3A8739E
GEVAAR
Waarschuwingen
7