FC 300 Design Guide
Onderstaande afbeelding toont een installatie voor stopcategorie 0 (EN 60204-1) met veiligheidscate-
gorie 3 (EN 954-1). De stroomonderbreking wordt uitgevoerd door middel van een opendeurcontact. De
afbeelding geeft ook de aansluiting weer voor een niet-veiligheidsgerelateerde hardwarematige vrijloop.
Weergave van de belangrijkste aspecten van een installatie voor stopcategorie 0 (EN 60204-1) met veiligheidscate-
gorie 3 (EN 954-1).
Test voor inbedrijfstelling veilige stop
Voorafgaand aan de ingebruikname moet na het installeren een inbedrijfstellingstest worden uitgevoerd
op de installatie of toepassing die gebruik maakt van de FC 300 Veilige stop.
De test moet uitgevoerd worden na elke aanpassing van de installatie of toepassing waarvan de FC 300
Veilige stop deel uitmaakt.
De inbedrijfstellingstest:
1.
Verwijder de 24 V DC-spanning naar klem 37 via de stroomonderbreker terwijl de motor wordt
aangedreven door de FC 302 (d.w.z. dat de netvoeding niet wordt onderbroken). De teststap is
uitgevoerd als de motor reageert met een vrijloop en de mechanische rem (indien aangesloten)
wordt geactiveerd.
2.
Vervolgens moet een Reset-signaal worden verstuurd (via Bus, Digitaal I/O of de [Reset]-toets).
De teststap is uitgevoerd als de motor in de veilige stopstatus blijft staan en de mechanische rem
(indien aangesloten) geactiveerd blijft.
3.
Sluit vervolgens 24 V DC weer aan op klem 37. De teststap is uitgevoerd als de motor in de
vrijloopstatus blijft staan en de mechanische rem (indien aangesloten) geactiveerd blijft.
4.
Vervolgens moet een Reset-signaal worden verstuurd (via Bus, Digitaal I/O of de [Reset]-toets).
De teststap is uitgevoerd als de motor weer draait.
5.
De inbedrijfstellingstest is gelukt als alle vier teststappen met succes zijn doorlopen.
NB!
De functie Veilige stop van de FC 302 kan worden gebruikt voor asynchrone en synchrone
motoren. Er kunnen twee fouten optreden in de vermogenshalfgeleider van de frequentie-
omvormer. Bij gebruik van synchroonmotoren kan dit een restrotatie veroorzaken. De rotatie
kan worden berekend op basis van Hoek=360/(aantal polen). Bij toepassingen die gebruik
maken van synchroonmotoren moet hiermee rekening worden gehouden en moet ervoor
worden gezorgd dat dit geen essentieel veiligheidsprobleem oplevert. Deze situatie is niet
relevant voor asynchrone motoren.
NB!
Om de functie Veilige stop te gebruiken overeenkomstig de vereisten van EN 954-1, categorie
3 moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan bij de installatie van Veilige stop. Zie de
sectie Installatie Veilige stop voor meer informatie.
48
Inleiding van de FC 300
MG.33.B8.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss