Inhoudsopgave
Advertenties
naar de wielen verminderen. In dit
geval moet u mogelijk het systeem
uitschakelen om los te komen.
•
Elektronische stabiliteitsregelaar
uitschakelen
• Om de elektronische
stabiliteitsregelaar uit te schakelen,
tikt u op de knop ESC OFF op het
touchscreen. ESC controleert ook
de bedrijfsstatus in realtime. Als de
ESC OFF-schakelaar wordt
ingedrukt terwijl het ESC-systeem
werkt, zal het systeem de actieve
interventiecontrole voltooien in
plaats van het commando
"Uitschakelen" onmiddellijk uit te
voeren. ESC wordt pas
uitgeschakeld nadat de
interventiecontrole is voltooid.
• Nadat ESC is uitgeschakeld, worden
sommige van de gedeactiveerde
functies ingeschakeld als de knop
ESC OFF opnieuw wordt ingedrukt
of de voertuigsnelheid de drempel
van 80 km/u overschrijdt. Om te
voorkomen dat de elektronische
stabiliteitsregelaar plotseling wordt
uitgeschakeld, kan de elektronische
stabiliteitsregelaar alleen opnieuw
worden geactiveerd als het zich
niet in een dynamische
interventiestatus van het voertuig
bevindt.
•
Verkeerde werking ESC OFF-
schakelaar
• De elektronische
stabiliteitsregelaar wordt als
verkeerd bediend beschouwd als
de ESC OFF-schakelaar langer dan
10 seconden wordt ingedrukt. In
dat geval blijven alle interne ESC-
functies werken.
•
De elektronische stabiliteitsregelaar
opnieuw starten nadat het voertuig is
uitgeschakeld
• Wanneer het ESC-systeem is
uitgeschakeld, wordt het ESC-
146
systeem automatisch opnieuw
gestart als het voertuig opnieuw
wordt gestart.
• De inschakeling van ESC is
gekoppeld aan de snelheid van het
voertuig.
• Als ESC is uitgeschakeld, kan het
voertuig zeer onstabiel worden bij
een snelheid van meer dan 80
km/u, dus ESC start in dit geval
automatisch.
•
ESC geactiveerd
• Als het ESC-waarschuwingslampje
knippert, zorg er dan voor dat u
voorzichtig rijdt, want onzorgvuldig
rijden kan een ongeval
veroorzaken. Wees extra
voorzichtig wanneer de indicator
knippert.
•
Met de elektronische
stabiliteitsregelaar uitgeschakeld
• Wees voorzichtig wanneer de
elektronische stabiliteitsregelaar is
uitgeschakeld en rijd met
snelheden die geschikt zijn voor
wegomstandigheden. De
elektronische stabiliteitsregelaar
garandeert de stabiliteit van het
voertuig en de drijvende kracht
ervan. Schakel het apparaat nooit
uit, tenzij dit nodig is.
•
Banden vervangen
• Zorg ervoor dat alle banden van
hetzelfde formaat, merk, loopvlak
en toegestane belasting zijn. Zorg
er bovendien voor dat de banden
tot de aanbevolen druk worden
opgepompt.
• Het antiblokkeersysteem en de
elektronische stabiliteitsregelaar
werken niet goed als het voertuig is
uitgerust met verschillende
banden.
• Voor meer informatie over het
vervangen van banden of wielen
wordt aanbevolen contact op te
Advertenties
Inhoudsopgave
