Inhoudsopgave
Advertenties
ingrijpen en de remafstand effectief kan
verkorten.
Beheerst vertragen voor parkeerrem
(Controlled Deceleration for Parking
brake, CDP)
Houd de P-knop ingedrukt om CDP te
activeren. Het voertuig remt met een
constante vertraging (van 0,4 g als alleen
de P-knop wordt ingedrukt en
vastgehouden, of 0,8 g als de P-knop en
het rempedaal tegelijkertijd worden
ingedrukt en vastgehouden) totdat het
tot stilstand komt. Laat de P-knop los om
CDP uit te schakelen.
Hulp bij bergafwaarts rijden (Hill
Descent Control, HDC)
•
Werkingsprincipe: De hulp bij
bergafwaarts rijden (HDC), een extra
functie van het elektronische
stabiliteitsregelaar-systeem, is
ontworpen om het voertuigcomfort
te verbeteren. HDC kan worden in- of
uitgeschakeld met de HDC-
schakelaar. De belangrijkste functie is
om de bestuurder te helpen met lage
snelheid heuvelop en -af te gaan
door middel van actieve bediening.
Wanneer HDC werkt, wordt ABS
geactiveerd wanneer de wielslip de
ABS-activeringsdrempel overschrijdt,
zodat u veilig en soepel bergafwaarts
of zelfs achteruit kunt rijden.
•
HDC activeren:
• Wanneer de snelheid van het
voertuig lager is dan 38 km/u,
schakelt u de HDC-schakelaar
omhoog om HDC in te schakelen en
blijft de HDC-statusindicator op het
instrumentenpaneel aan.
•
Regeling HDC-snelheid:
• HDC is functioneel wanneer de
snelheid van het voertuig tussen 11
km/h en 38 km/h ligt. In dit geval
drukt u het gaspedaal of
rempedaal in of laat u deze los om
de snelheid aan te passen. De
pedaalontgrendeling bepaalt de
eindsnelheid. De HDC-
statusindicator knippert om aan te
geven dat de HDC werkt.
HDC deactiveren:
•
• Zet de HDC-schakelaar omlaag om
HDC uit te schakelen en de
indicator op het
instrumentenpaneel gaat
onmiddellijk uit.
• HDC stopt ook automatisch
wanneer de snelheid meer dan
ongeveer 65 km/u bedraagt.
•
HDC-storing:
• In sommige speciale
omstandigheden, zoals bij een lang
stuk bergafwaarts, kan de HDC-
functie tijdelijk niet beschikbaar zijn
vanwege de hoge remtemperatuur.
• Er verschijnt een bericht "Please
check the HDC system" (controleer
alstublieft het HDC-systeem) voor
de veiligheid. Om de functie te
herstellen, stopt u het voertuig
totdat de remtemperatuur is
afgekoeld.
Bedieningsinstructies voor de
elektronische stabiliteitsregelaar
•
Werking van de elektronische
stabiliteitsregelaar
• Als er kans is op slippen of
terugglijden wanneer het voertuig
op een helling wegrijdt, of als een
van de aandrijfwielen doordraait,
knippert de indicator voor de
elektronische stabiliteitsregelaar
om aan te geven dat de
elektronische
stabiliteitsregelaar werkt.
•
Elektronische stabiliteitsregelaar
uitschakelen
• Als het voertuig vast komt te zitten
in sneeuw of modder, kan de
elektronische stabiliteitsregelaar
het vermogen van de aandrijfmotor
04
145
Advertenties
Inhoudsopgave
