De voedingsspanning en -frequentie staan vermeld
op het typeplaatje. Controleer of de motor geschikt is
voor de voedingsspanning die aanwezig is op de
installatielocatie.
Voer de elektrische aansluiting uit volgens
de lokaal geldende voorschriften.
De pomp moet op een motorbeveiliging zijn
aangesloten.
Sluit de pomp aan op een besturingskast
met een motorbeveiligingsrelais met IEC-
uitschakelklasse 10 of 15.
Sluit pompen die staan opgesteld op ge-
vaarlijke locaties aan op een schakelkast
met een motorbeveiligingsrelais met IEC-
uitschakelklasse 10.
De motor is effectief geaard door de aardgeleider van
de voedingskabels en de leidingen. Het bovenste
motordeksel voor Ex-pompen is voorzien van
aansluitingen voor externe aarding of een
potentiaalvereffeningsgeleider.
GEVAAR
Kortsluiting
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voor Ex-modellen in droge opstelling,
uitvoering D en H, sluit u een externe
aarding aan.
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voordat u met werkzaamheden aan
het product begint, dient u er zeker van
te zijn dat de elektriciteitstoevoer is uit-
geschakeld en niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld.
GEVAAR
Kortsluiting
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voor Ex-modellen in droge opstelling,
uitvoering D en H, sluit u een externe
aarding aan.
Bedradingsschema
Standaard voedingskabel
U1
W1
U1
U2
V1
V1
V2
W1
W2
U2
W2
V2
Bedradingsschema voor standaard voedingskabel
Sensoren
TB
PtL
PtS
Bedradingsschema voor sensoren
Pos.
Beschrijving
TB
Aansluiting klemmenbord
PtS
Pt100 in stator
PtL
Pt100 in onderste lager
4
Thermische schakelaars
TS
Thermistors
Vochtdetectieschakelaars
MS
Twee vochtschakelaars in Ex-pompen
1
U1
U2
U1
2
U2
3
V1
V2
V1
4
V2
5
W2
W1
W1
6
W2
TS
MS
Th
257