Inhoudsopgave
Advertenties
OM DE 50 WERKUREN (WEKELIJKS)
Luchtfilter
– Filterelement reinigen
6
7
5
1
Afb. 9 Luchtfilter
1. Klem
2. Deksel
3. Rubberplaat
4. Vleugelmoer
5. Hoofdfilter
6. Filterhuis
7. Veiligheidsfilter
Reinigen met luchtdruk
Afb. 10 Luchtfilter
4
2
3
CA121/141 M121NL4
Zet de wals op een vlakke ondergrond.
Tenzij iets anders wordt vermeld, moet
tijdens het controleren en instellen van de
wals altijd de motor uitgeschakeld zijn en de
reserveremknop ingedrukt zijn.
Maak de klem (1) los en verwijder het deksel (2).
Trek de rubber plaat (3) uit het deksel en droog de
binnenkant van het deksel met een schone doek.
Maak de vleugelmoer (4) los en trek het hoofdfilter (5)
eruit.
Controleer of er geen stof door het filter is gedrongen
en droog het filterhuis (6) af met een schone doek.
Controleer of het filter en de rubber pakkingen niet
beschadigd zijn. Maak het filter schoon met luchtdruk.
Controleer of de slangklemmen tussen het
filterhuis en de inlaatslang aangehaald zijn en of
de slangen heel zijn. Controleer het hele
slangsysteem tot aan de motor.
Vervang het hoofdfilter na maximum 5
reinigingsbeurten.
Het veiligheidsfilter (7) kan niet schoongemaakt
worden. Bij elke derde vervanging van het
hoofdfilter, moet het vervangen worden door
een nieuw.
Vervang de filters door nieuwe indien nodig, haal de
vleugelmoer aan en monteer de rubberplaat in het
deksel. Controleer of de aanduiding "top" op het deksel
bovenaan zit en haal de klem aan.
Gebruik luchtdruk met een druk van maximum 210 kPa
(2,1 bar). Blaas op en neer langs de papiervouwen aan
de binnenkant van het filterelement. Hou de sproeier
tenminste 20 mm van de papiervouwen zodat het
papier niet stuk gaat. Raadpleeg ook het
motorhandboek.
Draag altijd een veiligheidsbril wanneer u
met luchtdruk werkt!
13
Advertenties
Inhoudsopgave
