2. Druk een aantal keren op d Omlaag totdat Mode Config.
Menu (Menu Modusconfig.) wordt weergegeven op het
LCD-scherm. Druk vervolgens op
3. Druk herhaaldelijk op d Omlaag totdat Change Mode Color
(Wijzig modus Kleur) wordt weergegeven op het
LCD-scherm. Druk vervolgens op
4. Wanneer Change Toner to xx (Gebruik toner xx) wordt
weergegeven, verwijdert u de geïnstalleerde zwarte cartridge
en installeert u de cartridge die met xx wordt aangegeven (C,
M of Y). Zie "Tonercartridge vervangen" op pagina 343 voor
meer informatie over het vervangen van een cartridge.
Opmerking:
Als de verkeerde tonercartridge is geïnstalleerd, gaat de printer niet
naar de volgende stap. Volg de instructies die worden weergegeven
op het LCD-scherm.
5. Wanneer alle drie de zwarte cartridges zijn vervangen door
een kleurencartridge, wordt automatisch de kleurmodus
geactiveerd.
Gebruikers van Windows:
Als EPSON Status Monitor 3 niet is geïnstalleerd, moet u ervoor
zorgen dat het selectievakje Color Toner Cartridges
(Kleurentoner) in het dialoogvenster Optional Settings (Optionele
instellingen) is ingeschakeld. U opent het dialoogvenster Optional
Settings (Optionele instellingen) door te klikken op de knop
Settings (Instellingen) op het tabblad Optional Settings
(Optionele instellingen).
Gebruikers van Mac OS X:
Na een aanpassing van de modus moet u alle programma's sluiten
en de printer verwijderen met Print Setup Utility
(Printerconfiguratie, Mac OS X 10.3) of Print Center
(Afdrukbeheer, Mac OS X 10.2 en lager). Vervolgens moet u de
printer opnieuw registreren.
314
Bedieningspaneel gebruiken
Enter.
Enter.