CONTROLE VOORAF
Weerstand stuurhendel
(Type B)
V
V
E
E
R
R
L
L
A
A
G
G
E
E
N
N
V
V
A
A
N
N
D
D
E
E
F
F
R
R
I
I
C
C
T
T
I
I
E
E
V
V
E
E
R
R
H
H
O
O
G
G
D
D
E
E
F
F
R
R
I
I
C
C
T
T
Controleer of de handgreep soepel kan
bewegen.
Stel de frictiebout van de stuuruitslag
zo af dat een lichte weerstand gevoeld
wordt bij het verdraaien, hierdoor zal
het sturen geleidelijker gaan.
60
(Type H)
FRICTIEBOUT
BESTURING
E
E
N
N
V
V
A
A
N
N
I
I
E
E
FRICTIE
VERHOGEN
(GEBLOKKEERD)
Controleer of de handgreep soepel kan
bewegen.
Stel de frictie van de stuurhendel zo af
dat een lichte weerstand gevoeld wordt
bij het verdraaien, hierdoor zal het
sturen geleidelijker gaan.
Breng geen vet of olie op de frictieplaat
aan. Door vet en olie wordt de frictie
van de hendel verminderd.
FRICTIE STUURSTANG
FRICTIEPLAAT
FRICTIE
VERLAGEN
(VRIJ)
Weerstand afstandsbedieningshendel
(type R)
VERHOGEN VAN
DE FRICTIE
VERLAGEN VAN
DE FRICTIE
FRICTIESCHROEF
BEDIENINGSHENDEL
Controleer of de
afstandbedieningshendel soepel kan
bewegen.
De weerstand van de hendel kan
afgesteld worden door de frictieschroef
naar links of naar rechts te draaien.