Download Print deze pagina

Snelle Ontlading - Danfoss VLT 5000 Series Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT 5000 Series:

Advertenties

verschillende klemmen (parameters 300,301,305,306
en/of 307). Gebruik onderstaande tabel voor het
selecteren van de digitale referenties.
Digitale ref.
msb
Digitale ref. 1 (par.
0
215)
Digitale ref. 2 (par.
0
216)
Digitale ref. 3 (par.
1
217)
Digitale ref. 4 (par.
1
218)
Indien een externe referentie vereist is, kan dit zowel
een analoge als een pulsreferentie zijn. Indien stroom
als terugkoppelingssignaal wordt gebruikt, kan alleen
spanning als een analoge referentie gebruikt worden.
Gebruik onderstaande lijst om te bepalen welke
klem gebruikt moet worden en welke parameters
geprogrammeerd moeten worden.
Referentie type
Klem
Puls
17 of 29
Spanning
53 of 54
Stroom
60
Relatieve referenties kunnen geprogrammeerd worden.
Een relatieve referentie is een procentuele waarde
(Y) van de som van de externe referenties (X). Deze
procentuele waarde wordt opgeteld bij de som van de
externe referenties, hetgeen de actieve referentie (X +
XY) oplevert. Zie de tekening op pagina 62 of 63.
Indien er relatieve referenties gebruikt moeten
worden, moet parameter 214 worden ingesteld
op Relative [1]. Dit maakt de digitale referenties
relatief. Bovendien kan op klem 54 en/of 60 Relative
reference [4] geprogrammeerd worden. Indien een
externe relatieve referentie wordt geselecteerd, zal het
signaal op de ingang een procentuele waarde van
het volledige bereik van de klem zijn. De relatieve
referenties worden opgeteld met tekens.
NB!:
Klemmen die niet in gebruik zijn moeten bij
voorkeur worden ingesteld op No function [0].
Differentiatorversterking, begrenzing
Wanneer er bij een gegeven applicatie snelle
omschakelingen in referentie of terugkoppeling zijn -
hetgeen betekent dat de fout snel verandert - kan de
differentiator al snel te dominant worden. Dit komt
omdat hij reageert op veranderingen in de fout. Hoe
sneller de fout verandert, hoe sterker de versterking
92
van de differentiator is. De differentiatorversterking
kan daarom worden beperkt, zodat instelling van een
redelijke differentiatietijd voor langzame veranderingen
en een passende snelle versterking voor snelle
Digitale ref.
verandering mogelijk is. Dit doet u in parameter 420,
lsb
Snelheid PID Differentiatorversterking, begrenzing.
0
Laagdoorlaatfilter
1
Indien er een bepaald aantal rimpelsstromen/span-
ningen op het terugkoppelingssignaal is, kunnen
0
deze worden gedempt met behulp van een
laagdoorlaatfilter. Stel een passende tijdconstante
1
voor het laagdoorlaatfilter in. Deze tijdconstante
staat voor de kantelfrequentie van de rimpels op
die het terugkoppelingssignaal voorkomen. Indien
het laagdoorlaatfilter is ingesteld op 0,1s, bedraagt
de kantelfrequentie 10 RAD/sec., overeenkomend
met (10/2 x π) = 1.6 Hz. Dit betekent dat alle
stromen/spanningen met meer dan 1,6 oscillaties per
seconde door het filter zullen worden verwijderd.
Met andere woorden, de regeling zal alleen worden
uitgevoerd op een terugkoppelingssignaal dat
varieert met een frequentie van minder dan 1,6
Parameters
Hz. Kies een passende tijdconstante in parameter
301 of 305
421, Snelheid PID Laagdoorlaatfilter .
308, 309, 310 of
311, 312, 313
314, 315, 316

Snelle ontlading

Deze functie is alleen beschikbaar voor de volgende
EB-eenheden (uitgebreid met rem):
Deze functie wordt gebruikt om de condensatoren
in de tussenkring te ontladen na een onderbreking
van de netvoeding. Dit is een nuttige functie bij
het uitvoeren van servicewerkzaamheden aan de
frequentieomvormer en/of tijdens de installatie van de
motor. De motor moet gestopt worden voordat de
snelle ontlading geactiveerd wordt. Als de motor als
generator fungeert, is snelle ontlading niet mogelijk.
U kunt de functie voor snelle ontlading selecteren
via parameter 408. De functie start wanneer de
tussenkringspanning is gedaald tot een bepaalde
waarde en de gelijkrichter gestopt is.
Om een snelle ontlading mogelijk te maken, moet de
frequentieomvormer zijn voorzien van een externe 24
V DC-voeding naar klem 35 en 36 en een geschikte
remweerstand op klem 81 en 82.
Zie Reminstructies MI.50.DX.XX voor informatie over
het bepalen van de maat van de ontladingsweerstand
voor een snelle ontlading,
MG.51.A8.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
Serie 5000
VLT 5001-5052, 200-240 V
VLT 5001-5102, 380-500 V
5001-5062, 525-600 V

Advertenties

loading